De zoon van Ineke gaat voor het eerst carnaval vieren. Ze vindt, want zelf van onder de rivieren, dat goeie tradities zijn er om door te geven. Zoals carnaval. Maar als je puber voor het eerst alleen met vrienden gaat, is dat toch even wennen. Dan denk je…
- Dit stukje opvoeding is in ieder geval geslaagd: mijn jongens houden van carnaval!
- En geweldig, de oudste gaat zelf naar het zuiden. Dat wil zeggen: zonder ons.
- Opgegroeid in Noord-Holland, maar met een Brabants-Limburgse paplepel. Jeuj!
- Moeders is wel efkes kei-trots, jonguh!
- Zo te horen zit de stemming er al goed in daarboven.
- Maar dat is jaarrond nooit echt een probleem.
- “Waar zijn die schoenen dan?” Toepasselijk liedje, haha. Kijk onder de bank, zou ik zeggen. Altijd prijs.
- Oeh, die bas moet wel zachter.
- Nee, serieus, echt ZACHTER! Dit kunnen we niet maken, het dreunt door alle muren.
- Blij dat die schoolexamens voorbij zijn en het profielwerkstuk ingeleverd. Qua school kan er in ieder geval niet zoveel mis gaan.
- Wel tof van die mensen dat ie daar mag slapen. Brabanders, hè. Gastvrij.
- Nu maar hopen dat ie zich netjes voorstelt en leuk een praatje maakt. Beleefd doet.
- Zegt hij eigenlijk ooit u tegen mensen? Heb ik hem dat wel goed uitgelegd?
- O. Hij is uit zijn kikker gegroeid.
- Benieuwd wat hij dan aandoet.
- Hm. Hij wil als soldaat.
- Vroeger waren dat de rottige jongens, die gingen als soldaat. Of met zo’n gestreept Dorus-shirt aan.
- Nee, dan Frank, in z’n zilvergrijze colbertje, met die parelende lach erboven! En zijn Brut parfum.
- Ap uit Amsterdam, in z’n bruine monnikspij.
- Whoooo, en Sjoerd, in zijn onvergetelijke rok met motorlaarzen!
- Alvast één meevaller: erger dan moeders op haar vijftiende kan zoonlief het niet maken. Want hij is al zestien.
- Ik bedoel zeventien.
- Zouden de meisjes naar hem ook zo kijken?
- Niet dat carnaval daar nou per se om gaat. Maar toch ook wel natuurlijk.
- Un bietje sjaans is altij leutig, wa jong!
- Ik hoop dat ze naar hem lachen en leuk met hem kletsen en dansen. En dat ie daarvan geniet.
- Dat zal ook wel. Als hij eenmaal op dreef is, zoals van de zomer bij dat campingfeest, dan straalt hij zoveel energie uit.
- Het moet ook weer niet té leuk worden natuurlijk. Met sjansen.
- Hij heeft wel een vriendinnetje.
- Hoe ver zou hij gaan?
- Zouden ze daar afspraken over maken? Toch eens vragen…
- Hij moet ook maar niet te veel drinken.
- Hij mág nog niet eens drinken. Officieel.
- Ja, hoor wie het zegt, haha. Maar daarom juist. Het kan ineens hard gaan in zo’n snikhete kroeg.
- O, holy, hij heeft alle dozen van de vliering gehaald. Maar dan ook echt allemaal.
- Is ie van plan om als kerstboom te gaan?
- Hee, jaaaaa: mijn roze ski-Barbie pak!
- Pas ik never nooit niet meer in.
- Ach en hier: zijn eerste clownspakje. Daar zat ie mee op de arm bij opa. Tot diep in de nacht.
- Dat was in 2001. Het jaar dat ik niet naar Las Vegas wilde om Celine Dion te interviewen. Want dan had ik zijn eerste carnaval gemist.
- Nooit spijt van gehad.
- Hm. Hij wil nog steeds als soldaat.
- 43.Mag dat überhaupt, van defensie?
- Ik moet zeggen, het staat hem wel.
- Maar het is niet echt carnaval, zo’n legerpak. Straks vinden ze hem stom, daar in Brabant.
- Hij heeft zijn accent ook al niet mee. Hoewel, dat vond ik bij Ap uit Amsterdam juist charmant.
- Bovendien, hij praat wel met een zachte g.
- En wat zou het. Ze verstaan elkaar toch niet in die herrie.
- Katsjing, ketsjoeng! Hashtag zin in!
- Of ik suggesties heb? Eh, jaha. Wat dacht je van een rok.
- Hij kan de Amy Winehouse van zijn vader wel aan. Jurkje, pruik, tattoo sleeves.
- Kent ie niet? Is toch nog niet zo lang geleden, Amy?
- Enfin. Hier dan: papa’s reuzen lieveheersbeest pak. Van toen we allemaal als lieveheersbeestjes gingen.
- Deze was van hem. Zie die vleugeltjes, hoe schattig.
- Oh, ook niet leuk. Cowboy dan? Noorman?
- Zorro? Tijger? Muis?
- O, is dat een beer. Een muisgrijze beer. Oké.
- Moet ik nou zeggen dat ik soldaat een beetje ordinair vind? Of verpest ik het dan?
- Of verpest ik het juist als ik het níet zeg? Vind straks niemand hem leuk, omdat ie als soldaat is.
- Een dronken soldaat ook nog, met een beetje pech.
- Als ie maar niet gaat kotsen bij die mensen.
- En dan z’n beddengoed onder in de wasmand wegmoffelt.
- Dat moet ie echt niet doen!
- Wat dan wel? Alles netjes opruimen en een emmer sop vragen.
- Sowieso een goed idee: een emmer. Komt altijd van pas. En de kortste weg naar de wc checken.
- Ach, het gaat vast wel goed. Zijn vriend is er ook bij.
- Hoewel, die is misschien nog wel erger. En die heeft geen vriendinnetje!
- Als ze maar bij elkaar blijven.
- Straks ligt mijn pubert laveloos op straat. Raakt ie zijn groepje kwijt. Wordt ie in elkaar geslagen door een andere soldaat.
- Hij moet echt niet te veel drinken.
- Dus we moeten hem niet te veel geld meegeven.
- Ze eten ook bij die mensen, zei hij. Maar een kwartier later heeft ie alweer honger, wedden? Met carnaval helemaal.
- We moeten hem wel genoeg geld meegeven.
- Om te eten, niet om te drinken.
- Hij weet nog steeds niet wat ie aan moet.
- Ik zeg: een roze bril en bloemekes. Dan ben je een vredessoldaat.
- Gewoon, een paar van die nep bloemen erop naaien.
- Of haal ik me nu nog gauw een hoop werk op de hals?
- Ga als meester Anton. Morsig jasje, krulletjes in je kuif. Plaksnor.
- Of als juf Ank natuurlijk. Net als, ik schat, half Brabant. Hallo allemaal!
- Dan is een clownspak ineens weer old school origineel.
- Ah joh, doe gewoon wat. Het hoeft niet perfect, hè.
- Da boeit ammaol nie mee carnaval.
- In ieder geval zien we hem zondag weer in Limburg. Is ons cluppie weer compleet.
- Als hij fit genoeg is om met de trein door te reizen.
- Dat is hem geraden! Niet dat ie pas na de optocht aan komt kakken. In z’n soldatenpak.
- Nou ja, weet je wat, we zien wel.
- Agge mar leut ‘et. Alaof!