Marloes’ dochter is twee weken geleden naar de eerste klas gegaan. Eerst was ze heel verlegen, maar nu heeft ze al zoveel praatjes, dat het lijkt net of ze er al járen zit.
#1 ‘Zo’n Eastpacktas is zó niet cool meer.’
#2 ‘Hij is veel te zwaar ook.’
#3 ‘Mag ik een nieuwe tas kopen?’
#4 ‘Echt mam, níemand heeft brood mee.’
#5 ‘Dus ik moet meer zakgeld.’
#6 ‘Ze hebben echt alleen maar vieze gezonde dingen in de kantine.’
#7 ‘Albert Heijn is daar vlak om de hoek hè, een kaasstengel is toch niet zo ongezond?’
#8 ‘Ja, ik weet de weg naar school heus wel.’
#9 ‘En ik heb ’s ochtends genoeg tijd, dus kan echt wel een kwartiertje later opstaan.’
#10 ‘Als het regent, mag ik dan met de bus naar school?’
#11 ‘Want: je denkt toch niet dat ik zo’n stom regenpak aan ga trekken?’
#12 ‘Ik was te laat, omdat ik het lokaal niet kon vinden.’
#13 ‘Er zitten alleen maar heel irritante kleine jongetjes in mijn klas.’
#14 ‘Wel twee leuke meisjes.’
#15 ‘Maar verder ken ik echt helemaal niemand hier.’
#16 ‘En dan moet ik straks ook nog met al die vreemde kinderen op kamp.’
#17 ‘Mag ik dan alsjeblieft nieuwe kleren? Voor op kamp?’
#18 ‘Sommige kinderen hebben al een brommer hè.’
#19 ‘En anderen staan gewoon te roken voor de deur. Zo vies’
#20 ‘Mam, wil je de school e-mailen dat ik het niet elke dag ga redden om om 8:30 op school te zijn?’
#21 ‘Mag ik meer gigs bij mijn telefoonabonnement, want door Google Maps zijn al mijn MB’s op.’
#22 ‘Doe ook maar meteen een nieuwe telefoon, iedereen heeft een nieuwere dan ik.’
#23 ‘Ik ga nooit vriendinnen krijgen.’
#24 ‘Echt, die vent van Engels is zó stom.’
#25 ‘En die wiskundelerares is net zo oud als oma.’
#26 ‘Je moet tegen alle leraren meneer of mevrouw zeggen.’
#27 ‘Nee, ik héb geen huiswerk.’
#28 ‘Mijn telefoon móet mee naar boven, die heb ik nodig voor school.’
#29 ‘Ga je nou iedere dag vragen hoe het op school was?’
#30 ‘Het is gewoon school hoor.’
#31 ‘Ik ga naar boven, doei!’