Hoewel pubers best wispelturig zijn en dingen steeds anders doen, zijn er een aantal constante factoren. Dat is handig, want dan weet je tenminste waar je in sommige gevallen aan toe bent met pubers.
-
- Dat alle handdoeken altijd op zijn.
- En je dus jezelf moet afdrogen met een natte handdoek die op de grond ligt.
- Het brood altijd op is.
- Een zak chips nooit langer dan vijftien seconden dicht in de kast ligt.
- Een pak melk dat in de koelkast staat, leeg is.
- De wasmand daarentegen NOOIT leeg is.
- Na het avondeten er wéér gegeten wordt.
- Een pak koek, eenmaal open, in zes seconden op is.
- Jassen nooit aan de kapstok hangen.
- Maar wel over de verwarming/trap/bank worden gegooid.
- Zondagochtend niet meer bestaat – de dag begint pas na twaalf uur.
- De telefoon een eerste levensbehoefte is.
- Er elke dag 237 pakketjes worden bezorgd.
- De hond te laat wordt uitgelaten.
- De huissleutel altijd kwijt is.
- En wordt teruggevonden nadat er een reservesleutel gemaakt is.
- Zes uur gamen geen opgave, maar ontspanning is.
- Een lachbui in drie tiende seconden kan omslaan in een huilbui.
- Een Snap maken een dagtaak is.
- Huilen omdat je lievelingstrui niet gewassen is, normaal is.
- Dat er midden in de nacht tosti’s gegeten moeten worden.
- Zeven uur ‘s morgens geen goed moment is om ‘goedemorgen’ te zeggen.
- Schoenen altijd midden in de gang staan.
- En je daar ook altijd over struikelt.
- Tassen een vast plek op de trap hebben.
- En nooit mee naar boven worden genomen.
- Dingen die kwijt zijn standaard onder een bed worden teruggevonden.
- Ook het servies uit de keuken.
- Een bord dat in de vaatwasser moet worden gezet, in de gootsteen belandt.
- Huiswerk altijd wordt gemaakt op het moment dat het bedtijd is.
- De lunchpakketjes voor school weken later beschimmeld en al onder de kast teruggevonden worden.
- Pizza niet in de oven hoeft, maar gewoon koud gegeten wordt.
- Tanden nooit gepoetst zijn.
- Een bus deo per dag wordt gebruikt.
- Hoge basstemmen hard roepen dat ze echt wel zacht praten.