Martine is met haar gezin in Griekenland. Nederlanders is ze er (nog) niet tegengekomen en dat is echt super relaxed.
‘Best relaxed eigenlijk, dat we geen Nederlanders tegenkomen’, zei mijn echtgenoot gisteren terwijl we gisteren door een niet nader te noemen (ja, want straks komen jullie allemaal daarheen) havenstadje in Griekenland liepen. Ik kon niet anders dan hem gelijk geven. Voorgaande jaren deden we altijd heel erg ons best om het leukste voor de kinderen (=een vakantie-oord met veel landgenoten): een pubercamping met animatie te regelen. Dit jaar hadden we dat losgelaten, en dat bevalt erg goed. Dit is waarom.
Je komt geen bekenden tegen
Best gezellig hoor, om bekenden van het schoolplein, de sportclub of het werk tegen te komen. Ze zijn namelijk echt overal. Zelfs op die kleine boerencamping in de Morvan. Niets zo gek want je hebt het adres ook weer van een vriendin. Maar het is ook wel weer ongemakkelijk. Want die ouders van het klasgenootje van je zoon of dochter, ga je daar nou uitgebreid mee borrelen en barbecuen en excursies maken? Of zeg je alleen hallo in de ochtend als je een stokbroodje gaat halen?
Je hoeft geen rekening te houden met buren, vrienden en familie die langs willen komen
Vijftig kilometer rijden door Catalonië om gezellig een middagje door te brengen met het beste vriendje van je dochter en zijn ouders. Heel gezellig hoor, maar die borrel kan gaat toch ook wel gewoon thuis, na het werk of na school? En na de vakantie zien die kinderen elkaar gewoon weer iedere dag? Ook gedaan: met de buren afspreken om te gaan barbecuen in de Ardèche omdat ze zo gezellig dichtbij blijken te zitten. En dat dan blijkt dat een van de partijen toch nog anderhalf uur moet rijden. Afspreken met goede vrienden is bovendien ook sociaal best onhandig. Ik ken maar weinig mensen behalve mijn gezin met wie ik twee weken onafgebroken kan doorbrengen.
Je hoeft je niet af te vragen waar Bodegraven ligt
Als je dan toch Nederlanders tegenkomt, voer je toch dat standaard gesprekje over waar ze vandaan komen, wat ze doen en op welk schooltype de kinderen zitten. Op deze manier peil je wat voor vlees je in de kuip hebt. Ze zeggen namelijk wel dat Nederlanders niks hebben met status, maar toch wel. Als je met Grieken (of Engelsen, of Slovenen, of Serviërs) praat, hoef je die info niet per se uit te wisselen. En niet te piekeren over waar Bodegraven ook alweer lag.
Echt, je pikt Nederlanders er altijd zó uit
Nederlandse puberjongens hebben tegenwoordig zo’n opgeschoren kapsel en voetbalshirts aan. Nederlandse meisjes zijn iets te druk in de weer geweest met de stijltang en hebben een franje-bikini. Bovendien zijn ze altijd groter dan de rest. En ze praten altijd HARD. Misschien komt het doordat je de taal spreekt, je hoort ze altijd overal bovenuit. Zelfs als ze Engels spreken.
Je kinderen leren alles eten
Het hoeft de Nederlandse kritische eter aan niks te ontbreken. In drukke toeristenoorden in Frankrijk en Spanje staan de hagelslag, pindakaas en satésaus gewoon in de winkel. Op plekken waar nauwelijks Nederlanders zijn, moet je het gewoon doen met wat de lokale pot schaft. Die kieskeurige pubers van mij ook. Op een gegeven moment zijn ze zelfs octopus gaan eten.
Je kinderen hebben het samen heel gezellig
Thuis vechten zoon (13) en dochter (11) elkaar de tent uit, of leiden een compleet eigen leven. Hier is weinig ander gezelschap. Nu ze een paar weken op elkaar zijn aangewezen, komen ze toch nader tot elkaar. Verzinnen hun eigen grapjes en doen spelletjes. Een vakantie om nooit te vergeten. O ja, en ze vechten elkaar soms toch wel de tent uit.