Martine’s oudste wordt morgen achttien. Tijd om even terug, maar vooral ook om vooruit te kijken en nog een paar adviezen op hem te gooien. ‘Het komt altijd goed. Als je maar je gevoel volgt, maar ook je verstand’.
Bij ons in de WC hangt een foto uit 2005. We hadden je in de sneeuw gezet in de tuin, wantjes aan, mutsje op, de jas van je oudere neef -want doorgevertje- aan. Als ik ernaar kijk, valt mij vooral jouw verwonderde blik op. Alsof je voor het eerst sneeuw zag. Dat was natuurlijk ook zo, maar je ziet aan je gezicht dat je die informatie nog even moest verwerken. Maar daarna vond je niks leukers dan sneeuw. Een van mijn andere lievelingsfoto’s van jou is er bijvoorbeeld eentje van net voor de lockdown. We waren een tochtje aan het skiën, jij en ik, en je geniet van een glaasje cola in de ligstoel bij zo’n Oostenrijkse skihut. Skiën is een van de dingen die je het liefst doet.
Zelf bier halen
Morgen ga je zelf je eerste krat bier halen. Je vader en ik worden vriendelijk verzocht om op te rotten. Je zusje wordt getolereerd. We vroegen nog of jij en je vrienden van plan waren om te gaan dansen, zodat we de televisie konden weghalen. Maar dat hoefde niet. Jullie gingen bier drinken en pizza’s eten, en ik vermoed ook nog wel even naar de coffeeshop. Ik kan dat morgen niet meer controleren, want dan is je bankieren-app alleen maar voor jouw ogen bestemd.
Ik heb je de afgelopen weken vermoeid met vragen als ‘Heb je je zorgtoeslag nou al geregeld?’, adviezen als: ‘Dat geld wat voor je hebben gespaard, moet je wel uitgeven aan je studie’ of ‘Als je ziek bent, moet je je straks zelf melden op school’. Verder maken we de laatste tijd best wel irritante grappen als: ‘Als je achttien bent kunnen we je gewoon op straat gooien’.
Studiefinanciering
Maar morgen word je achttien en woon je nog steeds onder mijn dak. Ik weet dat je graag weg wilt, maar dat er nog grote beslissingen te nemen zijn. Maar die je voor je uitschuift. Want eindexamen, want corona, want studiefinanciering, en vooral: want gewoon achttien zijn en niet weten wat je je wilt. En ook hier gooien je vader en ik misschien teveel adviezen op je, waarbij we heel vaak verwijzen naar toen wij achttien waren en de wereld voor ons open lag. Waarna jij met je ogen gaat rollen en zeggen dat alles in onze tijd toch echt anders was. Dat kan zijn. Want geen corona, want een riante studiefinanciering en kamers te huur voor driehonderd gulden in de maand. Maar wat we wel zeker weten, is dat je nog door allerlei andere fasen heengaat, voordat je weet wat je wilt. En heel eerlijk? Ik weet nu ook nog steeds niet altijd wat ik wil.
Dus ik je nog een advies mag geven, of een levenswijsheid. Het helpt altijd om met verwondering te kijken naar de wereld, zoals je toen ook deed in de sneeuw. Want je hoeft niet altijd alles te weten. Wat ik wel weet na 53 jaar: linksom of rechtsom: het komt altijd op een of andere manier goed. Als je maar je gevoel volgt, maar zeker ook je verstand. En mocht je er desondanks toch niet uitkomen? Je kunt altijd je moeder vragen om advies. Ook als je niet weet hoe je ook alweer spaghetti carbonara maakt.