Isabelle maakt zich zorgen. Niet over de cijfers van haar dertienjarige dochter. Die zijn uitstekend. Maar over of ze wel een beetje geniet van het puberleven.
Kadoenkkkk! Daar lag mijn puber onder een 32 kilo wegende rugzak. Op de grond. ‘Fuckmylife’, vloekte ze en ik hees haar omhoog. We hebben de rugzak vaker gewogen, omdat ik me ernstig zorgen maak. Om haar rug en nek. En wat ik vooral niet snap, is dat ik klaarblijkelijk de enige ouder lijk te zijn die het liefst haar puber zou willen laten staken. Een dagje thuis zou haar goed doen. Kan ze even bijkomen.
Braaf studeren
Grappig genoeg is mijn dochter juist de reden dat deze stakingsactie niet van de grond komt. Zij is gehoorzaam, volgzaam én wil gewoon geen gedoe met school. Deze brave kant is absoluut een reden voor een DNA-test, want dat dit een eindproduct van mij en haar vader betreft, is bijna ongekend. Ik zie met lede ogen hoe mijn puberdame iedere dag braaf volgens schema studeert. Iedere dag op tijd komt. Iedere dag alles netjes klaar legt en vooral iedere dag die monsterlijke bagage meezeult naar school.
Dat ik soms twijfel of ik haar moeder ben, is omdat ik op dertienjarige leeftijd een heel andere puber was. Niet dat ik ben blijven zitten, maar om nou te zeggen dat ik uitmuntend presteerde, niet echt. Het minimale doen voor maximaal resultaat, of nou ja, in ieder geval, geen onvoldoendes (of net aan genoeg). Berekenend en vooral improviserend, omdat naast school ook aan toneel, uitgaan, sporten, de liefde, politiek gedoe met vriendschappen én wat bijbaantjes gedaan moest worden. Het allerbelangrijkste was een intens sterke vriendschap te sluiten met de conciërge. Die mij matste op ieder front.
School is belangrijk, genieten ook
Opstaan tegen het gezag, schoppen tegen de regels en af en toe een ‘fuck it all’ mentaliteit. Mijn broedsel wil dit niet en heeft dit niet. Ze besluit gewoon alles te accepteren en ploetert zich door die belachelijke hoeveelheid huiswerk heen. De resultaten zijn een uitermate goede cijferlijst en chronische vermoeidheid.
Ik maak me daarom zorgen. Ze zit in tweede klas, duikt na school meteen de boeken in en gaat bleekjes het weekend in. Ze haalt alleen wat Insta Stories-pranks uit met klasgenootjes en lacht het vaakst met haar moeder in plaats van met haar vriendinnen. Maar is dit niet de tijd om (nog) even lekker te genieten van de minimale verantwoordelijkheid die op je schouders rust? Een (dikke) negen gaat je namelijk niet een fijn leven garanderen, een sterk sociaal netwerk wel.
Haar enthousiasme en ijver beperkt zich niet alleen tot de schooldagen. Bloedserieus zitten we in het weekend aan vijf hoofdstukken geschiedenis of aan een krankzinnige overload aan Franse/Engelse/Duitse woorden. Ik voel me een enorme puber ten opzichte van mijn mega studie-nerd dochter. Ik probeer haar te verleiden om een Netflix binge-sessie te houden of om te gaan struinen in de stad, maar ik krijg steevast een dikke ‘Nee, mam, ik wil een goed cijfer halen’.
Wie is nu de puber?
Ik voel die rebel in mij naar boven komen en bedenk de nodige overtuigende verleidelijke redenen om die prestatiedrang wat in te dammen, zoals: ‘Het leven is ook buiten de schoolmuren, schatje’. En ‘deze tijd komt nooit meer terug’ of ‘je moet ook genieten’, maar mijn dochter schudt steevast haar hoofd. En daar zit ik dan. 25 jaar later. Doordeweeks en in het weekend in de (studie)boeken samen met een brave puber, úrenlang. Ik mokkend en zij blokkend. Wie is nu eigenlijk de puber?