Dé onliner Saskia’s pubers is: ‘Doe maar niet’. Een frase die overal op toepasbaar is en ze maar wat vaak voor haar voeten geworpen krijgt. Gepaard met oogrollen, als ze al van hun telefoon opkijken, om nog even te onderstrepen dat wat er gebeurt gewoon echt niet kan.
Dansen
Ik vond het vroeger vreselijk als mijn vader heupschuddend op Tina Turner en mijn moeder rondjesdraaiend op, Godbetert, Herman van Veen, door het huis walsten. En toch. Als ik luchtgitaarspelend op de bank spring op een nummer van Radiohead is dat natuurlijk wél hartstikke leuk. De pubers denken daar anders over: ‘Doe maar niet’.
Gezellig doen
‘Hehoimammogenwehiereten?’ De jongste puber komt binnenrennen met in haar kielzog een rits vriendinnen. Ik tel er 6, ik heb nog 6 pizza’s in de vriezer liggen dus prima. Iedereen aan tafel, pizza’s in de oven, glazen limonade ingeschonken en ik die tussen de pubers ga zitten, want hé nu gaat het gezellig worden. De dochter kijkt mij aan, met haar bekende blik: ‘Doe maar niet’.
Vooruitziende blik hebben
Heb je tas/geld/telefoon/pas/brein bij je? is de standaard vraag voor mijn pubers als ze de deur uitrennen. Valt in de categorie irritant, ik weet het, maar mijn kinderen vallen nu eenmaal in de categorie: ik ben mijn tas/geld/telefoon/pas/brein vergeten kun je het komen brengen? En dat achter hun kont aansjouwen met vergeten items wil ik dus voorkomen. Maar zij willen die vooruitziende blik niet: ‘Doe maar niet’.
Rappen
Eerlijk is eerlijk dat nummer van Dopebwoy, Cartier, vind ik dus gewoon leuk. En rap ik ook graag mee . Dit tot afschuw van mijn pubers die, zodra ik de eerste zin van het nummer, ‘Ik ben lit, planga van Cartier, brakka van Balmain’, ten gehore breng, de kamer uit rennen: ‘Doe maar niet’.
De leukste zijn
Ik heb een handvol goede schuine moppen in mijn repertoire, kan adrem zijn, en ben enorm van de practical jokes. Dus als je een potje wil dijenkletsen heb je aan mij een goede. Mijn oudste puber deelt die mening niet. Nog voordat ik mijn allerbeste mop kan vertellen duwt hij zijn rijtje vrienden snel het huis uit: ‘Doe maar niet’.
***