Overal waar kinderen komen moet er kennelijk stampende house en keihard geschreeuw aan te pas komen. Niet alleen heel irritant, maar ook ontiegelijk slecht voor de puberoren. Martine heeft het familiepak oordoppen voortdurend bij de hand, maar eigenlijk zouden popzalen en bioscopen verplicht het geluid zachter moeten zetten.
Zelfs al ben ik op een festival of een concert – en dus voorbereid – aan het einde tuten mijn oren en soms doen ze zelfs pijn. Dat had ik laatst bij een of ander spektakel van een radiostation waar ik beroepshalve heen moest. Toen ik thuiskwam, kon ik niet meer verstaan wat mijn echtgenoot tegen mij zei.
Ik had geen decibelmeter bij me, maar dat mijn oren pijn deden kan betekenen dat het geluidsniveau echt te hoog was. Nou is niemand in Nederland iets verplicht om te doen aan te hard geluid. Ja, er is een convenant van poppodia en festivalorganisatoren om het binnen de perken te houden. Maar wie zegt dat iedereen zich houdt aan deze normen?
Ik maak me vooral zorgen over mijn kinderen die regelmatig, al dan niet vrijwillig, vertoeven in dit soort geluidslawines. Naar concerten gaan ze nog niet zo heel vaak, maar ook bij sporttoernooien, op de kermis en bij andere gelegenheden kan men blijkbaar niet meer zonder stampende house en geschreeuw door de microfoon. Ga per ongeluk dichtbij een speaker staan en je trommelvliezen worden -misschien wel voorgoed- opgeblazen.
Tot mijn grote verbazing las ik vanmorgen ook nog eens in de krant dat sportscholen en bioscopen zich klaarblijkelijk ook niet houden aan de herrienormen. Want ze hebben beloofd om te minderen met de herrie uit de speakers. Blijkbaar was het dus bar en boos. Heel eerlijk: ik heb ook weleens met de handen voor mijn oren in de bioscoop gezeten.
En dan zijn er nog die vermaledijde oordoppen en koptelefoons die gekoppeld aan de telefoon weliswaar begrensd worden, maar waarvan ik honderd procent zeker weet dat die kinderen van mij ze echt harder zetten.
Is dat gezeur? Nee. Bijna een kwart van de jongeren tussen de 12 en 25 jaar scoort niet goed in de gehoortest. Niet alleen heeft deze groep een grotere kans op doofheid, maar ook op aandoeningen als tinnitus ofwel oorsuizen. Dat klinkt heel onschuldig, maar is verschrikkelijk. Net of er iedere dag in je hoofd een trein door een grindbak rijdt. Het is zo gekmakend dat het mensen uit hun slaap houdt of depressief maakt en soms zelfs doet besluiten zelfmoord te plegen.
Een wet die dat regelt en heel strenge handhavers die heel dikke vette boetes geven als ze zich niet houden aan de geluidsnorm, dat zou fijn zijn. De Volkskrant laat vandaag een audioloog aan het woord, die daarvoor ook pleit: “Er is een vreemde psychologische verleiding om muziek toch hard te zetten, bijvoorbeeld om de bassen in de buik te kunnen voelen in de bioscoop of bij een festival. Gemeenten moeten gaan handhaven, en vergunningen intrekken van bedrijven die over de schreef blijven gaan.”
Want nu is het geen doen. Ik maak me voortdurend zorgen over het gehoor van mijn kinderen. Roep om de haverklap dat ze niet te dicht bij speakers moeten staan, gris af en toe de dopjes uit hun oren om te luisteren of ze het volume van hun games niet te hard hebben gezet en stop als ze naar een feest, concert, kermis of pretpark gaan, oordoppen in hun zakken. Meer kan ik niet doen, want voor de rest zijn we nu dus aan de goden overgeleverd.