Klagen dat pubers van nu allemaal prinsjes en prinsesjes zijn, die niks gewend zijn, is wel heel erg makkelijk, vindt Saskia. Helemaal nu die pubers hun leven stopzetten voor anderen, ook voor hen die zo hard klagen. Daarom: kunnen we niet beter dankbaar zijn?
Ik las in de Volkskrant de column van Aleid Truijens waarin ze schrijft dat ze zicht schaamt voor al die zestigplussers die roepen dat jongeren verwend zijn. Dat het prinsen en prinsesjes zijn die nooit ellende hebben meegemaakt. En dat terwijl jongeren nu hun leven lamleggen voor een ziekte die hunzelf niet treft, om te voorkomen dat hun ouders en grootouders voortijdig sterven. Die solidariteit is noodzakelijk en de meesten doen het zonder morren. Ik had het zelf niet beter kunnen zeggen.
Mijn pubers hebben dat ook gedaan, zich solidair tonen. Niet meteen de allereerste minuut van lands intelligente lockdown, de eerste week waren er echt genoeg issues over naar buiten gaan en met vrienden afspreken, maar toen ze in week twee de ernst van de situatie inzagen, heb ik ze niet meer gehoord. Mijn pubers van 16 en 18 leverden zo gezegd hun vrijheid in voor anderen.
In joggingbroek voor de televisie
Mijn oudste heeft een tussenjaar. Nadat hij de hele winter hard heeft gewerkt, zou voor hem dit voorjaar Het Leven beginnen. Er stonden reizen gepland, korte vakanties, festivals, feestjes, weekenden weg en dat allemaal met vrienden uiteraard. Nu zit hij binnen en spreekt zijn vrienden alleen als hij gamet. In plaats van de wijde wereld in te trekken zit hij thuis in een joggingbroek voor de televisie.
Mijn jongste heeft dit jaar eindexamen gedaan. Nadat ze een schooljaar hard heeft geleerd en haar best heeft gedaan, viert ze het halen van haar diploma thuis met haar ouders. In plaats van een groot feest zat ze de avond nadat ze officieel te horen kreeg dat ze geslaagd was thuis en facetimede ze met haar vriendinnen om het toch nog een beetje te vieren.
Ophokken met je ouders
Mijn pubers zijn maar twee van de weet ik niet hoeveel pubers die hun leven nu hebben stilgelegd. Ze werken niet meer, gaan niet meer naar school, doen niet meer de dingen die ze zo graag zouden willen doen, ze zien hun vrienden niet meer, in ieder geval niet meer live, en zitten noodgedwongen met hun ouders opgehokt, iets dat ze zelf ook liever anders hadden gezien.
Ik weet niet wat voor die klagende zestigplussers de definitie van verwend is, maar in mijn ogen tonen deze jongeren geen verwend gedrag, maar wenselijk gedrag. Pubers, of in ieder geval de meesten, doen gewoon wat er van hen wordt gevraagd. Terwijl die zestigplussers hard roepen dat deze generatie niks heeft meegemaakt en geen ellende kent, realiseren ze zich blijkbaar niet dat deze ‘prinsjes en prinsessen’ hun leven on hold zetten zonder dat daar iets tegenover staat. Ja, ze helpen mee om die curve te flatten, maar hoe ziet het leven er voor hen straks uit? Wat is een anderhalve meter maatschappij? Welke economische crisis moeten zij straks doorstaan? Zijn er dan nog banen? Of huizen? Kunnen ze nog genieten van kunst? Theater? Heeft studeren nog wel zin?
Pubers bedanken
Je hoeft niet altijd ellende mee te hebben gemaakt om mee te tellen, of om het verschil te kunnen maken. Elke generatie is weliswaar anders, maar nog altijd opgevoed en beïnvloed door de generaties ervoor. De zestigers hebben de veertigers opgevoed die nu op hun beurt de pubers van nu opvoeden. Pubers die zonder dat ze iets hebben meegemaakt doen wat ze moeten doen. En daar ook nog eens minder over klagen. Ik weet niet of, en hoe, ik dat had gedaan als ik nu 18 was geweest en ik vraag me af of die zestigplussers het zonder morren zouden doen – als ze het al zouden doen. Het is makkelijk gezegd: je hebt niks meegemaakt, dus hoe erg is het als je binnen moet blijven? Waarom zeg je niet gewoon: wat fijn dat je het doet. Aleid Truijens vroeg zich in haar column af: is het zo moeilijk om jongeren voor dat offer te bedanken? Dat lijkt me niet. Daarom pubers van Nederland: dank je wel dat jullie je opofferen voor ons allemaal, en die zeurende ouderen in het bijzonder.
***
Nu je hier toch bent, zouden we je iets willen vragen…
We maken iedere dag Tis Hier Geen Hotel met heel veel plezier. Want we zien het als onze missie om jullie zonder al teveel kleerscheuren, en een beetje humor, door de puberteit van je kinderen heen te slepen. En dat willen we blijven doen. Maar sinds de Corona-crisis is dat er niet makkelijker op geworden. Zou je ons daarom willen helpen dit Hotel open te houden? Hoe? Kijk hier!