In deze derde lockdown-week ging alles mis bij Saskia thuis. Opstandige pubers, ruzie, een ontploft huis, werk dat niet afkwam en veel te veel wijn. Ze vroeg zich af, trekken alle andere ouders het nog een beetje?
Kun je op dinsdagochtend om half elf met goed fatsoen een fles wijn opentrekken? Ik vroeg het me twee dagen geleden serieus af. Ik stond in de keuken bijna te huilen. Nadat ik alles al twee keer had opgeruimd, stond nu voor de derde keer het hele aanrecht vol. Een open zak brood, een homp kaas met een mes erin, een tostiapparaat dat nog aan stond en de blender waarin iemand een smoothie had gemaakt was omgevallen. Een restje achtergebleven smoothie druppelde van het aanrecht op de grond. Op het koffieapparaatplaatje, daar waar ik mijn beker had willen zetten, stond een pindakaaspot met een laagje hagelslag erin.
Ruzie over opruimen
De woonkamer zag er al niet beter uit. Overal lagen schoenen en jassen en de tafel was bezaaid met spullen van mijn pubers: opladers, oortjes, donuts, pinpassen en sokken. Ik riep voor de derde keer die dag mijn pubers naar beneden en vroeg wat ze dachten dat het hier was? Een hotel? Hadden ze zelf een idee wie die keuken ging opruimen? En al hun troep in de woonkamer? Met grote, zichtbare, tegenzin en heel veel gezucht ruimden ze het op. En kregen niet veel later ruzie omdat de een vond dat-ie meer aan het opruimen was dan de ander. Maar de ander had die ochtend ook al één bord in de vaatwasser gezet en voelde zich daardoor gevrijwaard van de opruimerij die nu gaande was.
Het lijkt erop dat deze derde week een soort kick in-week is. Bij mij thuis in ieder geval. Die eerste week hadden die pubers nog iets van vakantiegevoel, die tweede week zagen ze toch wel in dat het allemaal heel serieus was en dat hun actieradius zich beperkte tot ons huis, de tuin en een ritje naar de supermarkt. En deze derde week kicken de corona-maatregelen pas goed in. Alsof ze het nu pas goed beseffen. Helemaal nu ze weten dat ze nóg zo’n maand in het vooruitzicht hebben. Laat ik het zo zeggen, hun humeur werd er niet per se beter op.
Op de hoogte blijven? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
Quarantaine met je ouders
Het is natuurlijk ontzettend lastig voor die pubers. Mijn oudste heeft een tussenjaar en zijn leven kwam vanuit versnelling zes ineens tot stilstand. Geen werk, geen rijlessen, geen sportschool, niet meer uitgaan, geen festivals, geen vakantie, hélémaal niks. De jongste doet eindexamen en is op een biologietoets na min of meer geslaagd. Zij heeft nog afleiding van school, er wordt gelukkig elke dag nog huiswerk gegeven, maar ook haar dagen zijn bijzonder eentonig aan het worden. En dan zitten ze de hele dag ook nog bij hun ouders. En dat druist tegen hun puberinstinct in. Ze willen zich juist losmaken, de wijde wereld intrekken, ontdekken, doen, maar in plaats daarvan zitten ze in quarantaine met hun ouders.
Na bijna drie weken ophokplicht ging het mis. Ik had opstandige pubers, die boos waren, verdrietig waren, niet wilden opruimen, niet wilden helpen in huis, niet stil wilden zijn als hun ouders aan het werk waren en die geen zin meer hadden om binnen te zitten (maar dat natuurlijk wel moesten). Er werd ruzie gemaakt met elkaar, met ons, met de hond, en zelfs onze oude chagrijnige kat moest eraan geloven.
Ruzie in het kwadraat
Ik probeerde te praten met ze. En uit te leggen waarom het goed is wat we doen. En waarom er gebeurt wat er gebeurt. Ik probeerde ze te stimuleren, ga een boek lezen, een online cursus doen, muziek maken, maar ze hadden nergens zin in. Ik snapte dat, als je ineens zeeën van tijd hebt is niks meer leuk, maar toen ze vandaag louter apathisch en horizontaal hadden doorgebracht, ontplofte ik. Ik vond dat mijn pubers luie donders waren, mijn pubers jammerden dat zij ook niet hadden gevraagd om deze situatie. Ik riep dat ze alleen maar aan zichzelf dachten, zij briesten dat ze niks te doen hadden. Het was een ruzie in het kwadraat en iedereen was boos en sloeg met de deuren. Ook ik.
Op mijn werkkamer schonk ik een glas wijn in. Dat de vijf nog niet in de klok zat kon me niks schelen. De hele week miste ik al deadlines omdat mijn takenpakket drie weken geleden behoorlijk was uitgebreid. Ik was nu ineens ook docent, mentor, gymleraar, ict’er, data-analist, werkverschaffer, hr-manager, food and beverage-manager, hoofd inkoop en coach. Dat zijn best veel extra baantjes. Waarvan ook maar wordt verwacht dat ik die moet doen. Mijn eigen werk is deze weken ook best een uitdaging met die zoemende pubers om me heen. De wifi word hélémaal uitgemolken, mijn laptop wordt bezet gehouden omdat om een of andere vage reden Skype het daar wel doet. Als ik aan het bellen ben maken mijn pubers voor de deur van mijn werkkamer ruzie, of lopen binnen met een mega belangrijke vraag (hebben we nog chocolade vla? is er iets lekkers in huis? waar zijn mijn Nike-sokken?) en die ook gewoon stellen.
Online steunpunt voor puberouder
En dan heb ik het nog niet gehad over die wc die de hele dag door gebruikt wordt, de badkamer die een soort derderangs wellness center is geworden en de keuken die 24/7 in een ontplofte staat is. Oh, en de wasmand die, ondanks dat niemand ergens naartoe gaat of iets doet, steeds vol is. Lieve andere puberouders, hoe doen jullie dat? Trekken jullie het nog een beetje? Is het normaal dat ik op dinsdagochtend snak naar wijn? Houden jullie het nog vol? Kunnen we niet een online puberoudersteunpunt beginnen? Dat we allemaal even inloggen op Zoom, Hangout of Houseparty? Gewoon om even het gevoel te hebben dat het overal hetzelfde is en dat we niet alleen zijn. Gedeelde smart is immers halve smart. Zeg maar hoe laat, ik zit er klaar voor!
***
Lees ook Eindexamens die niet door gaan, pubers zijn blij én verdrietig en Anatomie van pubers uitgelegd of bestel ons boek: