Isabel, de vijftienjarige dochter van Astrid werd betrapt op winkeldiefstal. En dat heeft hen, gek genoeg, dichter bij elkaar gebracht. ‘Ik ben blij dat dit is gebeurd.’
‘Ik had een drukke dag achter de rug en ging net even met een tijdschrift en een kop thee op de bank zitten, toen mijn telefoon ging. Het was een beveiligingsmedewerker van een grote winkelketen, die me vertelde dat mijn vijftienjarige dochter samen met haar beste vriendin was betrapt op winkeldiefstal. Camerabeelden hadden laten zien dat ze spullen in een plastic tas hadden gestopt, waarin wat andere dingen zaten die ze wel hadden betaald. Na het verlaten van de winkel waren ze door de beveiliging staande gehouden en moesten ze meelopen naar een kantoortje.
Terwijl de man aan de telefoon bleef praten, gingen mijn hersenen als een razende tekeer. Natuurlijk was ik boos. Woest zelfs, maar ik twijfelde over hoe ik hiermee om moest gaan. Moest ik een strenge preek houden over normen en waarden, of kon ik het beter vriendelijker aanpakken, in de trant van: ‘Dit was niet zo’n goed idee.’ Onwillekeurig schoot een herinnering aan mijn eigen tienerjaren door mijn hoofd, waarin klasgenootjes stoere verhalen vertelden over wat ze allemaal hadden gejat. ‘Het is zo makkelijk, je loopt gewoon de winkel uit,’ zeiden ze destijds. Ik zou willen denken dat het mijn goed ontwikkelde geweten was dat me ervan had weerhouden om zelf ook een keer iets te stelen, maar de waarheid is dat ik te laf was geweest. Ik was niet de meest handige, en je zou net zien dat ik dus wel gepakt zou worden. Toch is het me wel eens overkomen dat ik er buiten ineens achter kwam dat ik iets kleins was vergeten af te rekenen, omdat ik het in mijn hand of onder mijn arm had. En ik ben ook niet altijd terug gegaan om het illegaal verworven product alsnog te betalen. Ik vond dus dat ik niet al te streng moest zijn tegen mijn dochter, voordat ik precies wist hoe de vork in de steel zat.
Bij de winkel aangekomen stelde ik mezelf voor als moeder van de ‘misdadiger’ en werd ik begeleid naar het kantoortje waar mijn dochter en haar vriendin met rode ogen en gebogen hoofdjes op hun straf zaten te wachten. ‘Hoi mam’ piepte ze. Ze was in ieder geval flink geschrokken en schaamde zich de ogen uit haar hoofd. ‘Mooi zo’ dacht ik. ‘Dat weet ze in ieder geval heel goed dat het niet oké is wat ze heeft gedaan.’ De beveiligingsbeambte liet me de camerabeelden zien waarop mijn dochter de prijsjes van een stel nogal ordinaire slipjes aftrok en ze in de tas met wel afgerekende elastiekjes en oorbellen frommelde. De buit werd beboet met de kosten van de slipjes, in totaal zo’n twintig euro, en een boete van 181 euro voor de overlast. Vanwege het relatief lage bedrag en het ‘goede gedrag’ van de meiden – ‘sommigen hebben een mond als een open riool’ – had het hoofd van de beveiliging besloten de politie niet te bellen. ‘En daar hebben jullie heel veel mazzel mee,’ bromde hij tegen de sniffende meiden.
Terwijl we in het kantoortje zaten te wachten op de moeder van de vriendin, kwamen de tongen los. ‘Luna en Demi hebben al minstens drie maanden niets betaald’ mompelde mijn dochter, haar ogen nog steeds op de grond gericht. Ik was echt geschokt. Pubers uit ogenschijnlijk goede gezinnen gaan blijkbaar van winkel naar winkel, om dingen te stelen die ze niet eens specifiek willen hebben. Hun reden om te stelen? Volgens Isabel is dat ‘de spanning.’ Ze vertelde dat ze dit echt de eerste keer was. ‘Ik zweer het mam.’ Ook Naomi deed een duit in het zakje. ‘We wilden gewoon kunnen meepraten.’ Inwendig vervloekte ik die zogenaamd populaire meiden die mijn dochter en haar vriendin hadden uitgedaagd. Aan de andere kant ben ik ook weer niet zo blind dat ik niet zie dat de meiden zelf ook gewoon nieuwsgierig waren naar de kick van het stelen.
En hoewel ik diep teleurgesteld ben in mijn dochter, ben ik aan de andere kant ook blij dat dit is gebeurd. Ten eerste omdat ze nu aan den lijve heeft ondervonden dat er consequenties zijn aan slecht gedrag. Als ze ermee weg waren gekomen, weet ik zeker dat ze het nog een keer had gedaan, en aangezien winkeldiefstal als een ‘gateway’-misdaad wordt beschouwd, kan dat gevoel van onaantastbaarheid leiden tot veel ergere dingen.
De tweede reden is omdat ik naar aanleiding van dit incident een lang en heel goed gesprek met Isabel heb gehad. Gewoonlijk wordt de laatste twee jaar zo ongeveer elke poging om uit te vinden wat er in haar leven speelt, afgedaan met een antwoord van hooguit twee woorden. Op een vreemde manier zou je kunnen zeggen dat het ons dichter bij elkaar heeft gebracht. Ze is nu veel opener over de druk die ze soms ervaart ‘om erbij te horen’.
Maar de echt pijnlijke straf? Dat is dat de meiden is dat ze een winkelontzegging hebben gekregen, waardoor ze twee jaar niet in hun favoriete winkel mogen komen. Uiteindelijk geloof ik dat dat nog de meeste indruk maakt. Vooral omdat ik er streng op let dat er ook niet online geshopt wordt bij de bewuste winkel.’