Martine was de zooi van de pubers zo zat, dat de sfeer in huis eronder leed. De werkster kwam, schudde haar hoofd en zuchtte. Maar toen had ze de kamer van Martines dochter nog niet gezien.
Ik weet niet hoe het bij jullie thuis is, maar ik leef in een huis met vier rommelkonten (mijzelf incluis). Maar omdat ik de eerste ben bij wie de kruimels, vetvlekken, stinksokken en natte vloeren altijd gaan tegenstaan, ben ik ook altijd de eerste die erover gaat mopperen. Ik kan je vertellen: dat is bepaald niet sfeerverhogend.
Dus ik had bedacht dat ik de pubers maar eens een potje ging opvoeden. Bijvoorbeeld door samen de kasten op te ruimen, of korte, begrijpelijke instructies te geven over hoe de was wél in de wasmand te doen belanden. Inderdaad, volgens het puber-opvoedboekje. Maar dat werkte niet. De pubers hadden hélemaal geen zin in quality time met hun moeder op het gebied van huishouden. Dus ik zette zwaarder geschut in: dreigementen uiten van de ergste soort. Die begonnen met het ontzeggen van een toetje bij het eten en eindigden bij het uitzetten van de wifi. Maar omdat ik erachter kwam dat ik daar uiteindelijk vooral mezelf mee had (geen wifi=geen Netflix bijvoorbeeld), stopte ik daar maar snel mee.
Als straffen niet ging, dan zou belonen misschien helpen? Ik beloofde een euro per weggebrachte lading kranten en flessen en zakgeldverhoging als de pubers er een week lang in zouden slagen de badkamer droog en netjes achter te laten. Los van dat in ieder geval mijn zoon tegenwoordig flink veel euro’s bijverdient met zijn zaterdagbaantje, was ik ook niet consequent. Want er ontstond natuurlijk onenigheid HOE droog en netjes de badkamer moest zijn, als ik daar ook mijn make-up spullen en natte handdoeken liet liggen?
‘Misschien moeten we een werkster nemen’, zei mijn echtgenoot toen ik weer zuchtend, mopperend en klagend op de bank zat. Ik sputterde nog tegen dat dat toch echt te duur was. ‘Ik betaal’, zei hij. Ik vond het nogal yuppieachtig en ongemakkelijk om iemand anders te laten doen wat je eigenlijk zelf moet doen. En bovendien: opvoedkundig totaal niet in orde. Want hoe moesten mijn pubers nu leren dat ze hun zooi moesten opruimen?
Ik liet me overhalen. Op een dag stond ze dus bij ons voor de deur: een struise Bulgaarse met een flink doorrookte stem. Ik liet haar de kamer van mijn zoon zien. Ze keek hoofdschuddend naar de stapels boeken en het slagveld aan kleding op de grond. Boys…, verzuchtte ze. Maar toen had ze de kamer van mijn dochter niet gezien.
Ik verschanste mij met mijn laptop in het café om de hoek, want ze vond het niet nodig dat ik erbij bleef. Na drie uur kwam er een appje. Ze was nog steeds niet klaar, of er dit keer een uur extra bij kon. Want die kamer van mijn dochter, die was al helemaal niet om aan te zien. Ik denk dat ik die vijftien euro van haar zakgeld ga aftrekken.
Nu je hier toch bent, zouden we je iets willen vragen…
We maken iedere dag Tis Hier Geen Hotel met heel veel plezier. Want we zien het als onze missie om jullie zonder al teveel kleerscheuren, en een beetje humor, door de puberteit van je kinderen heen te slepen. En dat willen we blijven doen. Maar sinds de Corona-crisis is dat er niet makkelijker op geworden. Zou je ons daarom willen helpen dit Hotel open te houden? Hoe? Kijk HIER.