De zestienjarige zoon van Anne biechtte onlangs tussen neus en lippen op dat hij wel eens lachgas had gebruikt. Met het idee: je kunt het gewoon kopen dus hoe gevaarlijk is het?
‘Dat heb ik heus wel eens gedaan’, zei mijn oudste zoon. We zaten aan tafel en hadden het over lachgas. Ik had die ochtend toen ik naar mijn werk fietste op straat een flink aantal lege lachgaspatronen zien liggen en verbaasde me erover dat ik dat nog steeds zag. In de stad waar we wonen is er immers een verbod. Ik vroeg aan mijn pubers of zij dat wel eens hadden gedaan. En was, naïef misschien, verrast door het antwoord van mijn oudste. Hij had het blijkbaar al eens geprobeerd. En snapte niet waar ik me zo druk om maakte. Hoe erg is dat nou? En bovendien, het is legaal, dus het mag gewoon, én goedkoop. Overal in de stad kun je het krijgen. En als je het koopt vraagt niemand naar je leeftijd, ook jonge kinderen van dertien lopen met ballonnen rond, aldus mijn zoon.
Partydrugs
Twee jaar gelden stond op Nos.nl al dat lachgas alles behalve onschuldig is. Jongeren lopen bijvoorbeeld het risico om een (gedeeltelijke) dwarslaesie op te lopen en belanden in het ziekenhuis. Lachgas, ofwel distikstofmonoxide (N2O) is een kleurloos, niet-irriterend, zoetgeurend en zoetsmakend gas, staat op de site van het Trimbos. Het wordt al vanaf eind 18e eeuw in de geneeskunde gebruikt om patiënten kortdurend onder narcose te brengen. Ik ken het vooral als de patroon uit de slagroomspuit die wij vroeger in huis hadden. En nu is het dus een partydrugs.
In het AD staat dat het landelijke verbod op zijn vroegst in 2023 ingaat. Artsen en verslavingsexperts roepen het kabinet en Tweede Kamer op om haast te maken. Ze zien twintigers met hartinfarcten die terug te leiden zijn naar het gebruik van lachgas
Duizelig en lachen
Ik vroeg aan mijn zoon hoe hij dat had ervaren, want ik las ondertussen ook dat het inademen van lachgas tot een tijdelijk zuurstof tekort leidt. Dat leek me geen prettige roes: het idee dat je stikt, maar zo voelde dat volgens hem niet. Wat hij had gevoeld is dat je eerst een beetje duizelig wordt en daarna moet lachen. Alles wat je hoort en ziet gaat net een tandje langzamer, vertelde mijn zoon, en dat was gewoon grappig. Hij vertelde het alsof het de gewoonste zaak van de wereld was, alsof we het hadden over het kopen van een nieuwe broek. Ik wilde niet al te hysterisch doen, maar we hadden het hier natuurlijk niet over een broek, maar over drugs.
Populaire drugs
Ik ben niet de enige puberouder die zich zorgen maakt. Hoewel er in De Kamer een wetsvoorstel ligt om lachgas op de lijst van de Opiumwet te plaatsen, neemt het gebruik van lachgas toe. 54% van het uitgaanspubliek tussen 15 en 35 jaar gebruikt lachgas. En dat komt onder meer omdat het makkelijk, legaal en overal verkrijgbaar is.
In Nieuwsuur vertelt revalidatiearts Willemijn Faber dat in de afgelopen 2,5 jaar dertien patiënten zijn behandeld met ernstige klachten door lachgasgebruik. Een zorgelijke ontwikkeling vindt ze. Helemaal omdat er officieel nog geen regels zijn die het gebruik en de verkoop ervan verbieden Een aantal gemeenten verbieden het het gebruik van lachgas in hun stad en op evenementen, maar liever willen ze een landelijke aanpak.
Niet zo lollig
Een week later zit tegenover mijn zoon en bespreek met hem nogmaals de kwestie lachgas. Hij wist lang niet alle gevaren, bekent hij, zoals dat je er ook out van kunt gaan en blijvend letsel op kunt lopen. Het idee bij pubers is toch: je kunt het gewoon kopen, dus het zal wel goed zijn. Wat hem betreft is het bij die ene keer gebleven. De volgende dag had hij zich de hele dag misselijk gevoeld, iets wat hij meteen koppelde aan dat lachgas. En een dag ziek zijn voor vijf minuten lachen vond hij, gelukkig, toch minder lollig.