Jeanettes dochter is altijd het zonnetje in huis. Maar soms schiet ze in de klaagmodus. Jeanette zet zich dan altijd maar schrap.
Mijn dochter is over het algemeen bijzonder opgewekt, maar als ze eenmaal in de klaagmodus staat, zit er geen uitknop op en is er in haar inktzwarte bestaan, geen lichtpuntje te bekennen. Deze week ging dat ongeveer zo: 14.00: gooit tas en jas in de hoek en stort met veel gevoel voor drama neer op de bank. ‘Ooooh, ik ben echt doodmoe. Ik heb de hele dag op school gezeten en het was echt supersaai. En dan moesten we ook nog twee uur gymmen, TWEE UUR! En je weet hoe ik gym haat.’
De puber wil sushi?
En toen: ‘Ik ben helemaal kapot. En nu heb ik superveel honger en er is helemaal niets in huis. Ja, alleen vieze dingen. Jullie halen nooit eens iets lekkers in huis. Nee ik hoef geen brood, getver, daar heb ik geen trek in. Kan jij niet even sushi halen ofzo? Dat hebben we al zo lang niet gehad. Hoezo niet? Heb je dat niet eens voor me over? Kun je dan even een burger voor me bakken? Waarom niet?
Je snapt toch wel dat ik moe ben? Ik heb de hele FOKKING dag op school gezeten. Hoezo, je bent aan het werk? Ja thuiswerken, dat is toch geen werk? Dan kan je toch wel heel even voor één keer iets voor mij doen?’ Om vervolgens een versnelling hoger te gaan: ‘Ik ben je dochter, dat is toch echt wel een stuk belangrijker dan je werk.’
Ouders moeten áltijd helpen
Er kwam een luide zucht. ‘Nou oké, dan doe ik het wel weer zelf.’ Het keukenkastje wordt hard opengerukt en dichtgeslagen, ze zet met een klap een pan op het fornuis. Ik dacht dat het klaar was, maar nee: ‘Ik ga dus vanavond naar mijn vriendinnen maar dan moet ik weer op die klotefiets. Waarom heb je eigenlijk nog steeds geen nieuwe fiets voor me geregeld? Hoezo moet ik er zelf één uitzoeken op Marktplaats? Dat is toch jouw taak?! Je bent mijn moeder. Ik heb het superdruk en jij zit op je werk lekker de hele dag een beetje achter de computer. Dan kun je toch ook wel gewoon even een fiets voor me regelen?’
Ze besloot: ‘Nou weet je, laat maar. Je doet ook echt helemaal nooit iets voor mij!’ En stampt naar boven. Een half uur later hoorde ik haar voetstappen op de trap dus ik zette me schrap. Ze stak haar hoofd om de deur en riep op supervrolijke toon: ‘Nou doeg mam, ik ben weg!’ Huh? Blijkbaar was het klaaguurtje afgelopen. Mooi, kon ik gewoon weer verder met wat ik aan het doen was: door de baas betaald lekker een beetje achter de computer zitten.