Dat het de afgelopen dagen nogal onrustig in veel steden was, kan niemand zijn ontgaan. Het invoeren van een avondklok bleek voor veel boze mensen een aanleiding om wél de straat op te gaan. Want als het niet mag, dan moet je het natuurlijk juist doen. En leg dat maar een uit aan je puber die gewoon naast je op de bank zit.
Wat betreft de avondklok moet ik zeggen dat hier thuis geen onvertogen woord viel. Ik had een discussie verwacht van mijn pubers. Of op z’n minst een oogrol of zucht, maar nee. Ze vonden het prima, want, zo deelden ze droogjes mee, het is niet zo dat hun leven voor afgelopen zaterdag, de dag dat de avondklok inging, zo bruisend was na negenen ’s avonds. Hun leven was al geminimaliseerd tot online lessen en hier en daar wat sporten, dus dat hele móeten binnenblijven boeit niet. Ze deden het al, dus wat is het punt?
Ondertussen zie ik beelden van winkels die geplunderd worden, auto’s die in de brand gestoken worden, politie die bekogeld wordt. Beelden van een woedende massa die met stokken en stenen door de straten rent, schuim om de mond, rooddoorlopen ogen, kloppende slapen. Eisend om vrijheid, roepend dat dit land geen dictatuur moet worden. Of, bij gebrek aan tekst, een vuist of middelvinger in de lucht stekend.
Ieders leven staat stil
Mijn pubers kennen de beelden ook. Ze zien ze op al hun social media kanalen langskomen. En nee, ze begrijpen het niet. Zij balen ook van deze hele corona-crisis, maar om daar nou een halve stad voor te gaan verbouwen? Hun leven staat ook on hold, maar om daar nou vuurwerk voor naar de politie te gooien? En ja, ze hadden graag alle vrijheid gehad om te kunnen doen wat ze willen, maar om daar nou zo’n rel van te maken?
Ik weet ook niet zo goed hoe ik dit moet uitleggen aan mijn pubers. Waarom die rellen er zijn. Wonen in een democratie is prachtig, de vrijheden die we hier hebben, daar zouden ze in menig ander land een moord voor plegen, letterlijk soms. Dat je mag demonstreren, zeggen dat je het ergens niet mee eens bent, je stem kunt laten horen, mag zijn wie je bent, mag geloven wat je wil; voor ons voelt het als vanzelfsprekend, maar in landen niet eens zo ver hier vandaan zie je dat het ook anders kan. Dus het protest, al ben ik het niet met hun standpunt eens, kan ik uitleggen. Dat mag in een land als Nederland. Maar die rellen? Kom op zeg!
Verwende snotapen
Iedereen heeft het op zijn of haar manier zwaar. We balen allemaal in meer of mindere mate van de corona-crisis. Ieders lontje is een beetje korter deze dagen. We snakken allemaal naar een lichtpuntje, naar perspectief. Maar het is niet zo dat we geen dak boven ons hoofd hebben en geen eten op ons bord hebben. Het is niet zo dat dagelijks kogels om onze oren vliegen, of tanks door de straten rijden. Het is niet zo dat we in een land wonen waar niks kan of mag. En dat maakt deze rellen tot een luxeprobleem, we hebben niks te doen en daarom gaan we de straat op. En dat maakt de relschoppers tot verwende snotapen. Het mag niet? Dan doen we het lekker toch.
Terwijl ik nadenk over hoe ik dit uit kan leggen, laat mijn oudste puber een bericht op Instagram zien. Er is geld voor Oma Tonnie, wier auto tijdens de rellen in Tilburg was gesloopt, opgehaald zodat de schade kan worden vergoed. De jongste laat een bericht zien over Petra uit Den Bosch voor wie een crowdfunding-actie is opgezet om haar te helpen met haar vernielde winkel. En zo gaan we op zoek naar goed nieuws. Mensen in Eindhoven en Amsterdam, die helpen de straten en pleinen te vegen, opruimacties in weer andere steden, Politieagenten en ME’ers die een hart onder de riem wordt gestoken, bekende en minder bekende Nederlanders die zich tegen de rellen uitspreken.
Mijn moeder zei altijd dat als er iets ergs gebeurt, je altijd naar de helpers moet kijken. En dat is precies wat ik nu tegen mijn pubers zeg. Tegenover dat handjevol mensen dat de straat op gaat om te rellen, staat een heel grote groep klaar om de slachtoffers te helpen, op welke manier dan ook. Dáár moet je naar kijken, dáár moet je je op richten, want dat is wat hoop en perspectief biedt.
***
Nu je hier toch bent, zouden we je iets willen vragen…
We maken iedere dag Tis Hier Geen Hotel met heel veel plezier. Want we zien het als onze missie om jullie zonder al teveel kleerscheuren, en een beetje humor, door de puberteit van je kinderen heen te slepen. En dat willen we blijven doen. Maar sinds de Corona-crisis is dat er niet makkelijker op geworden. Zou je ons daarom willen helpen dit Hotel open te houden? Hoe? Kijk HIER.