De zestienjarige zoon van Saskia heeft snode plannen voor een festival. Hangen met vrienden, luisteren naar muziek en een biertje. Hoort erbij vindt hij. Maar Saskia twijfelt of dat wel zo’n goed idee is.
Al dagen loopt mijn zoon handenwrijvend door het huis. Hij gaat naar een festival en het wordt toffer dan tof, laat hij me weten. En ja, hij heeft er zin in. Hoe dichterbij de dag komt, hoe blijer hij wordt. ‘Ik blijf de hele dag weg’, deelt hij tussen neus en lippen door mee. ‘En ik ben pas ’s avonds heel laat thuis’, kondigt hij achteloos aan.
Íedereen drinkt een biertje
De groep vrienden met wie hij naar het festival gaat, zijn jongens en meisjes die hij kent van school. Twee zijn er al 18. Handig vindt mijn zoon, want dan kunnen zij gewoon bier halen voor iedereen. Eh, wat? Bier? Hoezo? Wanneer was dat ter sprake gekomen? Had ik daar toestemming voor gegeven? Of zijn vader, zonder dat we dat van elkaar wisten? Ineens ging ik het festival met andere ogen bekijken. Mijn zoon oogrolde dat iedereen die dag gewoon een biertje drinkt. En dat wil hij ook. Hoe erg is dat? Tja, hoe erg vind ik dat eigenlijk? Kan een biertje kwaad? Moet hij niet gewoon twee jaar wachten? Die 18+ leeftijd is toch niet voor niks vastgesteld?
Zestien en dronken onder de bar
‘Jij dronk anders ook op je zestiende’, kopt mijn zoon nog even in. ‘En jouw hersenen werken toch ook nog? Nou dan.’ Ik weet even niet of hij nu een punt heeft of niet. Feit is dat ik in de jaren tachtig als veertienjarige in de disco gewoon drank kon bestellen. Geen barman die dacht: ‘is dat wel goed voor dat kind?’ Hij gaf me gewoon de baco die ik bestelde. Nog voor mijn zestiende had ik al een keer dronken onder een bar gelegen. Ben ik daar slechter van geworden? Niet echt. Maar terugkijkend was ik wel erg jong. Mijn 49-jarige ik had graag gezien dat iemand een beetje meer had opgelet.
‘We wisten toen nog niet hoe slecht alcohol is voor hersenen die in ontwikkeling zijn’, probeer ik mijn drankverleden te rechtvaardigen. ‘Mensen dronken en rookten met het idee dat het allemaal niet zo’n vaart zou lopen. Gelukkig voor jou weten we dat nu wel.’ Mijn zoon zucht dat hij het een slap excuus vindt.
Drank is echt niet zaligmakend
Eigenlijk vind ik dat hij moet wachten met drinken. Los van het feit dat alcohol niet goed is voor jongeren vind ik dat hij moet leren dat feestvieren leuk is, ook, of vooral, zonder drank. De heersende gedachte is toch: feestje? Drankje erbij! Geen idee waarom. Het slaat ook nergens op. Ik heb hele leuke feestjes nuchter doorgebracht. Ik zou het jammer vinden als hij nu al leert dat drank de nummer één vereiste is voor een leuk feest. Ik probeer mijn zoon uit te leggen hoe ik erin sta. Dat ik vind dat hij het eigenlijk niet moet doen. Dat je het ook leuk kunt hebben zonder. Dat drank echt niet zaligmakend is. Hij haalt zijn schouders op.
Een boete als je onder 18 drinkt
Voor mijn gevoel wordt drinken alleen maar interessanter voor hem als ik zeg dat het niet mag. Maar ik kan wel uitleggen wat de gevolgen kunnen zijn. Dat zijn hersencellen worden aangetast en met een toetsweek in het vooruitzicht kun je je afvragen of je dat wil. Dat één biertje vaak leidt tot twee, drie en misschien nog wel meer biertjes en dat zo’n feestdag dan ook niet fijn kan aflopen. En dat hij strafbaar is als hij als minderjarige drinkt en een boete kan krijgen. ‘Zonde van je geld, lijkt me’, zeg ik zo nonchalant mogelijk. Ik zie een opgetrokken wenkbrauw. Een teken dat ik de aandacht van mijn puber heb. Geld is namelijk wel een dingetje. Ik geloof dat mijn boodschap is aangekomen. Ben benieuwd wat hij er mee gaat doen.
Meer lezen over alcohol en jongeren? Ga naar nix18.nl. Dit artikel is geschreven in opdracht van de Rijksoverheid, maar de inhoud is 100% van ons.