Een week geleden zond Zembla De tijd van je leven uit, een documentaire uit over Generatie Z, geboren tussen 1995 en 2010. Het zijn dus eigenlijk allemaal onze kinderen. De documentaire was een paar dagen later trending op Twitter, omdat heel veel mensen wel iets vonden van de vijf jongeren die in de documentaire de hoofdrol speelden. GenZ’er zijn lui, ze piepen te snel en ouders herkenden hun kinderen he-le-maal niet in de vijf geportretteerde jongeren.
Die niet te benijden zijn, want zonder uitzondering waren zij vastgelopen met hun studie. Een klom op van vmbo naar een studie geschiedenis, en raakte burn-out. Een andere sjeesde tijdens de master Sterrenkunde en een van de jongens vond alleen eenzaamheid toen hij in Enschede ging studeren. Heel naar om te zien dat deze jonge mensen in de bloei van hun leven al geknakt en overwerkt zijn.
De deskundigen in de film verklaarden dat deze verhalen exemplarisch zijn voor de problemen die Generatie Z heeft. Inmiddels kennen we de cijfers: het aantal jongeren tussen twaalf en achttien jaar met depressieve gevoelens is de afgelopen jaren verdubbeld. En van de groep tussen de 16 en 24 heeft bijna de helft psychische problemen.
In de documentaire gisten de deskundigen naar de oorzaken. Natuurlijk kwamen social media voorbij, want we weten inmiddels allang dat het mooie leventje van anderen bekijken je slechter doet voelen, àls je je als slecht voelt. Verder gaven de deskundigen de schuld aan het neoliberalisme. Want als je maar hard genoeg werkt, dan krijg je vanzelf succes. En als het niet lukt, dan ligt dat aan jezelf.
Ennn… ja hoor, daar kwam het: het was natúúrlijk de schuld van de ouders. Want dat de jongeren van tegenwoordig worden te veel gepamperd door ons. De psycholoog van dienst haalde de analogie met curling nog maar weer eens te voorschijn. Wij ouders boenen ons suf om die curlingstenen maar zo ver mogelijk te laten komen, met bijlessen, met geld, met alles eigenlijk. Wij verwennen onze kinderen een ongeluk, waardoor ze niet meer met tegenslag om kunnen gaan. Op jonge leeftijd moet je juist uitvinden waar je grenzen liggen en dat leer je door eroverheen te gaan. Als je nooit geleerd hebt dat falen erbij hoort, dan stoom je kinderen klaar voor depressie en faalangst, zo luidde de redenering in Zembla.
Ik weet niet hoe het met jullie zit, maar ik word altijd een beetje pissig van dit soort geef-de-ouders-maar-de-schuld-teksten. Want zijn onze kinderen niet domweg ongelukkig door de lockdowns van afgelopen twee jaar? Waarin ze niet hebben kunnen doen wat generaties pubers voor ons wel konden: namelijk hun vleugels uitslaan. Want hoe erg is het als je net vol verwachting gaat studeren en je zit op je kamertje te kijken naar een docent in Teams. Met mensen die je nog nooit in het echt hebt gezien? Of: als je een ander plan hebt gemaakt, zoals een tussenjaar nemen, en je kunt geen kant op omdat je niet kunt reizen of het enige baantje dat je kunt doen maaltijden bezorgen?
De lockdowns van de afgelopen jaren zijn ook de oorzaak van eenzaamheid onder jongeren. Ze zoeken weliswaar professionele hulp voor psychische problemen, maar zijn niet gewend om met elkaar te praten. Omdat al het contact zich heeft afspeelt via het scherm, gedurende een tijd die de tijd van je leven moet zijn. Een van de jongeren merkte op dat al het sociale contact zich afspeelt via WhatsApp, maar echt hangen en niksen en in de ruimte ouwehoeren, is er niet bij. Terwijl dat juist zo leerzaam is en je vormt als volwassene. En belangrijker: minder eenzaam doet voelen. Een van de hulpverleners verklaarde dat de pubers van nu daarom Friends zo leuk vinden: urenlang hangen op een bank in een café en slap ouwehoeren over menselijke verhoudingen.
Stel dat we dát onze jongeren terug kunnen geven, dan gaat het hopelijk goed komen met deze generatie.
