En dan ‘ineens’ zijn die turbulente tieners 18. Ha. Ein-de-lijk volwassen! Rust, regelmaat en ruimte it is. Toch? Think again.
Want nu je kind 18 is…:
Blijken weekdagen plotseling een verlengstuk te zijn van het weekend. Sterker nog: het is 7 dagen per week weekend! Want:
-Slokje bier op maandag en dinsdag bij vrienden.
-Bij de woensdaghockey tot na enen hangen in het clubhuis.
-En elke donderdag verplicht wennen aan donderdag-studentenavond. Handig voor volgend jaar.
Was half zeven (’s ochtends!) onlangs dus een vrij logische tijd zo’n donderdagnacht. Uiteraard met de welbekende smoes; ‘Ik mag tóch niet alleen fietsen, ook al ben ik 18. En tja, íedereen ging nu pas naar huis!’
Vraagt je dochter gerust wat jij in vredesnaam nog beneden moet. ‘Serieus, mam. Waarom ben jij om half zeven nog wakker!’
‘Nou, hartenlapje, ik ben niet nog, maar ál wakker. Werken, weet je wel!’
En z’n rijbewijs in the pocket heeft, blijkt; mi coche es su coche. Oftewel: jouw auto is zijn auto!
-dus moet je je éigen auto reserveren als je die op zaterdagavond toevallig nodig hebt.
-en jij kan de opbrengst in diezelfde auto opruimen. Denk aan: riekende sporttassen, lege M&M’s-verpakkingen, talloze RedBull-blikjes, vage plastic wietzakjes, een bekeuring (oh no!) en ander ondefinieerbaar materiaal.
Is de schroom over verkering acuut verdwenen
-uitgebreid zoenen op de auto-achterbank,
-bovenop elkaar gepakt zitten in de loveseat thuis,
-aan vriendlief geplakt bij de voordeur voor een urenlang afscheid,
-en help, dagenlang samen in BED!
Vond je zoon het de hoogste tijd voor een keer spacecake met vrienden. Dankzij jouw ‘veiligheid-voor-alles’-opvoeding, weet hij: zoiets moet wel in een veilige omgeving. Ergo: bij jou thuis. Het resultaat:
-Zoon naar boven afgevoerd vanwege een paniekerige bad trip.
-Jij blijft met zijn vijf giechelende vrienden beneden achter. Tot in de late uurtjes.
-Want naar huis konden ze niet; hun ouders wisten niets af van de pieces of cake!
Haalt je dochter plaatsvervangend vele avonden in, ‘want wij arme 18-jarigen hebben tijdens corona zoveel gemist door die lockdowns!’ (toen zij gewoon nog 16 was).
Blijkt de bodem van zoons pinpas steeds wel erg rapido in zicht. Maar jij hebt geen oplossing. Want je mag je niet meer bemoeien met de financiën van een 18-jarige.
Zie je ineens vreemde schoenen, met Hoge Hakken bij de voordeur staan. Je zoon plots in genderverwarring? Nee. Een one night-vriendinnetje. Dat zachtjes moest lopen op de trap. Dat lukte. (Maar verder bleek het huis nogal gehorig.)
Hoor je via de tamtam dat je dochter gaat samenwonen. Whut? Met dat smoezelige vriendje dat nog maar een half jaar in beeld is? Yep. (Maar na twee maanden kon je haar ophalen, want ‘Hij maakte niets schoon en douchte zich nauwelijks.’)
Staan er hordes mede-18-jarigen voor je koelkast jullie bier te verorberen. Wel met een beleefd ‘Wilt u ook iets drinken, mevrouw?’ Dat moet gezegd.
Verlang je als ouders al met al soms terug naar die zorgeloze tijd van:
-zandbak en schepjes,
-en lekker knutselen – waar je vroeger de pest aan had,
-en in de haren luizen pluizen – toch ook best knus,
-en zo’n plakkerig koortsig ziek hummeltje lief op je borst,
-en het schattige: ‘Mijn papa kan alles!’ en ‘Met mama ga ik trouwen!’
–