Niet dat we ze nu al de deur uit willen hebben, maar mijn man en ik filosoferen regelmatig over wat we gaan doen als de kinderen het huis uit zijn. Voorlopig zijn we er nog niet aan toe, want we vinden het nog veel te gezellig thuis. Bovendien, de jongste moet nog minimaal 5 jaar naar school voor we haar de deur uit kunnen kijken. Maar er zijn nu al wel een paar dingen waar we ons op verheugen.
-Een vriezer zónder pubervoer, dus zonder 6 volkorenbroden, frikandellen en pakken pizza’s, want die hoef je natuurlijk niet in huis te halen. Komt er weer plek voor echt lekkere dingen, zoals eendenborst en St. Jacobsschelpen en ijs.
–Dat de koelkast aan het begin van de dag nog even vol is, aan het einde van de dag, op het moment dat je wilt gaan koken. En dus aan het einde van de dag niet nog eens naar de supermarkt moet om de voorraden aan te vullen. Gaat trouwens ook vast heel veel schelen op het huishoudbudget.
-Dat als je thuiskomt, er weer plek is voor je op de bank. Nu hangt er ofwel een hele vriendenschaar op, of er liggen pubers op met verkeringen.
-Buiten het seizoen op vakantie gaan, want natuurlijk een stuk minder druk en stúkken goedkoper. Bovendien betaal je niet meer voor vier, maar voor twee. En je hoeft geen rekening meer te houden met de puberwensen, dus je kunt weer voluit kastelen, musea en kerken bezoeken of fantastische bergwandelingen maken.
-Een hond nemen, want we hebben natuurlijk wel ietsiepietsie last van het lege nestsyndroom. Bovendien: dat opvoeden gaan we heel erg missen en we moeten in de weekenden wel wat te doen hebben.
-Een kleinere auto kopen. Nu is die gezinsbak natuurlijk met twee almaar groeiende pubers superhandig, maar wel irritant om in te parkeren. Een kleiner exemplaar is veel handzamer en bovendien ook nog een stuk zuiniger met benzine.
-Kamers confisqueren. In ieder geval de kamer beneden waar onze zoon slaapt, wordt de televisiekamer. Zo hebben we in de woonkamer rust om die stapel boeken te lezen waar we nu natuurlijk nooit tijd voor hebben.
– Verhuizen. Maar het allerliefste gaan we verhuizen. Naar een mooi, kleiner huis, iets buiten de stad. Wel spannend, want we zijn beiden zzp’er, dus een hypotheek aanvragen is wel iets ingewikkelder. Maar Nationale-Nederlanden kan je daar prima mee helpen. Zij vereenvoudigen het proces van een hypotheekaanvraag, waardoor ook (startende) zzp’ers de mogelijkheid krijgen om een huis te kopen.
Wil jij als zzp’er een hypotheek aan gaan vragen? Deze tips helpen je verder:
- Vraag een hypotheekadviseur om advies. Hij kan je verder helpen met alle mogelijkheden.
- Bereken zelf wat je kunt missen. Probeer een prognose te maken voor de komende jaren. Denk hierbij bijvoorbeeld ook na over een eventueel back-up plan, zoals in loondienst gaan.
- Zorg voor voldoende eigen geld. Doordat je in 2018 nog maximaal 100% van de woningwaarde kunt lenen, heb je eigen middelen nodig voor alle bijkomende kosten.
- Check je verzekeringen. Het helpt verzekerd te zijn bij arbeidsongeschiktheid en overlijden.
- Neem de juiste documenten mee naar je hypotheekafspraak. Denk hierbij onder andere aan je KVK-inschrijving, jaarcijfers of inkomensverklaring, prognose en pensioenoverzicht.
En heel misschien is er dan ook nog wel wat geld over om een huisje te kopen op een Grieks eiland, waar we dan de helft van het jaar lekker in het zonnetje zitten en ons aanpassen aan het kalme leven daar. Bij nader inzien… Jongens, wanneer gaan jullie??
Dit bericht is voortgekomen uit een samenwerking met Nationale-Nederlanden, maar de inhoud ervan is van onszelf. Lees hier alles over ons advertentiebeleid
Ondernemen en een hypotheek. Het lijkt een lastige combinatie, maar bij Nationale-Nederlanden kan iedereen in aanmerking komen voor een hypotheek. Het werkt wel wat anders dan als je ‘gewoon’ in loondienst bent, maar daar helpt Nationale-Nederlanden je graag mee. Op www.nn.nl/ondernemershypotheek vind je nog veel meer informatie. En een e-book, zodat je je zelf ook al een beetje kan inlezen.