Met een puber in huis heb je vaak het gevoel dat je terecht bent gekomen in een Hans Klok-show: op mysterieuze wijze verdwijnen dingen in huis. En niemand weet waar het is gebleven. En waar Hans Klok op een of andere manier dingen altijd weer terug tovert, sta jij met lege handen. En je puber niet.
- Dat halfje wit dat je net op het aanrecht had gelegd, is zodra je je omdraait foetsie, en het enige dat je nog ziet is een kruimelspoor naar de kamer van je zoon.
- Jouw schoenen? Ze stonden netjes onder de kapstok ja, maar dat was voordat je puberdochter langsliep.
- De oortjes van jouw telefoon? Weg.
- Die telefoon overigens ook. Onvindbaar, al hoor je je toestel wel ergens vaag rinkelen. Onder een stapel wasgoed op de kamer van je puber.
- Die half lege zak chips, nota bene verstopt achter de bloem en bouillonblokjes, weg, en als je ernaar vraagt kijken alle pubers in huis een andere kant op.
- De iPad die niemand mocht aanraken omdat je die nodig hebt voor je werk? Spoorloos. Al zie je wel op je telefoon dat ergens in huis iemand inlogt op Netflix.
- Jouw nieuwe net bezorgde trui, die nota bene nog in de verpakking zat? Pleite. De plastic zak dwarrelt langzaam naar beneden en je ruikt nog de Boterbloemenvanille fragrance van je dochter, maar een trui? Ho maar.
- Alle plastic Tupperware bakjes? Verdwenen uit de keukenkastjes. Zo ook je maizena, alle potjes lijm en je lenzenvloeistof. Je hoort nog zacht iemand ‘slime slime baby’ zingen, maar van die bakjes geen spoor.
- Droge handdoeken, hét mysterie van de badkamer. Je legt ze gewassen en al in de kast en na het douchen van je puber zijn ze allemaal, inderdaad allemaal, onvindbaar. Huh?
- Chocoladekoekjes. Die had je al verstopt als een ware Hans Klok, maar zijn toch gevonden. En opgegeten.
- Die Magnums in de vriezer? Had je die voor jezelf bewaard? Helaas. Voordat dat legertje pubers door de keuken marcheerde waren ze er nog, nu is het gissen welke smaak in welke puberbuik terecht is gekomen.
- Borden, bekers, bestek. Raar, je zet alles netjes in de kast en legt het in de la en na lunchtijd is alles verdwenen. Maar dan ook alles. Vaag hoor je nog een beker die omvalt in een kamer boven, maar verder is het stil rondom dit mysterie.
- Je fiets, de enige met banden waar lucht in zit, een zadel dat niet stuk is, en een wiel zonder slinger, is zomaar verdwenen. Alle andere fietsen die niet meer werken staan er nog, die van jou niet meer. Je puber appt nog wel dat hij op tijd op school is aangekomen vandaag.
- Oplader van elk denkbaar apparaat. Je had er die ochtend zeker weten 20 door het hele huis liggen, maar eenmaal uit je werk zijn ze alle 20 als sneeuw voor de zon verdwenen. Jouw laptop, tablet, telefoon, alles is leeg, die van je pubers zijn allemaal heel wonderlijk opgeladen.
- Je föhn. Je verdenkt je dochter, maar als die zweert op al haar bff’s, twijfel je toch niet langer of je Hans Klok net echt door je huis zag lopen….