De dochter van Annemiek (bijna 11) en haar vriendinnen zijn het hele jaar al nerveus dat ze bij de schoolarts op de weegschaal moeten. Haar dochter wil niet. Echt niet.
We kregen een brief van de GGD voor onze oudste dochter van bijna 11. Dat ze alle kinderen op school medisch komen onderzoeken als voorbereiding op de ‘echte’ afspraak een paar weken later. En dat wij daar als ouders niet bij hoeven te zijn. Nou wist ik dat al, want mijn dochter en haar vriendinnen zijn al het hele schooljaar nerveus dat ze op school op de weegschaal moeten staan en door een paar wildvreemde ogen bekeken worden. Arme meiden, die zich al in groep zeven meer dan bewust zijn van hoe de omgeving verwacht dat ze eruit zien. Mijn grote, prachtige dochter. Een gezonde, sterke meid, die sport, vrienden heeft en, zoals elk kind van haar leeftijd, de draai in het leven aan het zoeken is. Geëmotioneerd zit ze tegenover me aan tafel aan tafel. Ze wil niet. Echt niet. Vorig jaar ging het om niets anders in de klas; hoeveel weeg jij? Wat, zoveel?!
Privacy
Dat het onderzoek vrijwillig is, dat staat natuurlijk niet in de brief die ouders krijgen. Net zo min als dat er informatie staat over wat ze met de gegevens gaan doen én hoe ze de privacy van de kinderen denken te waarborgen. Er is geen enkele urgente reden te verzinnen waarom dit soort onderzoek op school zou moeten plaatsvinden, het schendt de privacy van de kinderen en stelt ze bloot aan een schadelijke dynamiek. Het dient alleen het gemak van de GGD die met een kanon op een mug schiet door gezondheidsonderzoek op deze manier te organiseren.
Van mij hoeft ze niet. Niet op school en niet naar de vervolgafspraak bij de GGD zelf. Ik weet het nog zó goed dat ik zelf in mijn onderbroekje bij de schoolarts stond. ‘Te dik’, ‘fors’, ‘opletten’, ‘beweeg je wel genoeg?’ Dat meiden in groep 7 zich op zo’n jonge leeftijd al bewust zijn van het verwrongen schoonheidsideaal dat de maatschappij vrouwen oplegt, is natuurlijk niet de ‘schuld’ van de GGD, maar deze manier van onderzoek doen draagt wel aan bij dat we jonge kinderen die volop in ontwikkeling zijn onzeker maken of ze wel in het juiste hokje passen of het goede lijntje volgen. Op mijn persoonlijke timelime op Facebook blijk ik niet de enige: of het nou 10, 20 of 40 jaar terug is: we herinneren ons het bezoek aan de schoolarts als ongemakkelijk en gênant. Ik krijg pb’s van basisschooldocenten: ze vragen de kinderen ook naar hun ontluikende seksuele ontwikkeling (‘heb je al eens gezoend?’) en soms (!!!!) kijken ze zelf in een onderbroek om te kijken of er al schaamhaar zichtbaar is.
Uitvoering kan beter
Er is meer dan die stomme weegschaal. En er is die lijst met stellingen over ‘sterke kanten en moeilijkheden’. De ene nog absurder dan de ander. ‘Houd rekening met de gevoelens van anderen’. ‘Heeft vaak driftbuien’. ‘Is constant aan het wiebelen en friemelen’. ‘Liegt of bedriegt vaak’. Kruis a.u.b. aan: niet waar/een beetje waar/zeker waar. Zoiets complex als gedrag degraderen tot iets waar je een kruisje bij kunt zetten. Ik heb geen enkele twijfel over de goede bedoelingen van de GGD. Dat ze zicht willen hebben op hoe kinderen zich ontwikkelen. Van elke honderd kinderen misschien die éne eruit te pikken die ongezond te dik is of sociaal-emotioneel in de goot ligt. Machtig mooi, qua intentie, ga ik van uit. Nu de uitvoering nog.
Staan voor verbetering
Een vriendin legt de vinger feilloos op de zere plek: je kunt vroeg genoeg beginnen met lessen over autonomie en met het onderscheppen van invloeden die negatief effect hebben op hoe kinderen hun lichaam waarnemen en beoordelen. Het zijn de minder mondigen die niet zomaar gerespecteerd worden in hun zelfbeschikkingsrecht, autonomie en lichamelijke integriteit. Bij kinderen gaat het mis, wanneer je ouders niet betrekt en wanneer niet duidelijk wordt gemaakt dat elke meting en elke aanraking van een arts in principe een zorgaanbod is… zeker als er geen sprake van een noodsituatie is.
Is het een luxeprobleem waar wij ons mee bezighouden? Ja, misschien wel. Wij hebben de luxe om te kunnen gaan staan voor verbetering. En onze kinderen te leren dat ze niet alles wat grote mensen verzinnen, voor zoete koek hoeven te slikken.