Voordat Jeanette kinderen had, wist ze het wel. Ze zou een supergoede moeder zijn. Maar de realiteit blijkt een stuk lastiger. Ze is verre van perfect.
In het kader van transparantie en om een tegengeluid te bieden aan al het perfecte moedergedoe waar we ons stiekem toch allemaal aan proberen te conformeren, bij deze een paar bekentenissen waar ik niet heel trots op ben.
1. Dingen weggooien als ze in de weg liggen
Ik gooi best vaak dingen van mijn pubers weg als ze in de weg liggen. Als mijn pubers dan vragen waar iets ligt, zeg ik dat ze maar goed moeten zoeken en ‘Dat krijg je ervan als je je spullen niet opruimt’.
2. Supergoed fake kunnen luisteren
Als mijn dochter een verhaal houdt waar geen eind aan komt, knik ik op de juiste momenten en maak ondertussen in mijn hoofd lijstjes met wat ik nog allemaal moet doen.
3. Foto’s van de kinderen alleen het 1e jaar inplakken
Alles staat op de computer. Of beter gezegd, op vier verschillende computers. Er zijn dus naast hun babyboek nul fotoboeken voor hen in huis. Ik heb het me al 3000 keer voorgenomen maar ik heb het nog steeds niet gedaan.
4. Hun melktandjes weggooien
Dat heb ik tijdens een aanval van opruimwoede gedaan. Ik vond het maar vieze dingen.
5. Onredelijk zijn als het uitkomt
Als ik een lage bloedsuikerspiegel heb, ben ik superonredelijk en ga ik regelmatig volledig uit mijn panty om dingen als: de douche die bezet is, het aanrecht dat vol ligt met troep of rondslingerende schooltassen waar ik over struikel.
6. Stiekem chips eten
Ik houd belerende preken over gezond eten voor mijn pubers maar eet zelf stiekem chips in de gangkast en drink wijn achter in de tuin.
7. Geen spelletje spelen
Ik doe vrijwel nooit spelletjes met ze. Ik heb er gewoon geen zin in en zij vragen er niet om.
8. Magister links laten liggen
Ik kijk nooit in Magister en als mensen me vragen welk vakkenpakket ze hebben gekozen, weet ik het niet precies. Net als de naam van hun mentor, geen idee. Geen nieuws is goed nieuws zullen we maar zeggen.
9. Faken dat je niet thuis bent
Ik doe soms net of ik niet thuis ben als ik geen zin heb in gezeur. Dan hoor ik ze wel maar blijf muisstil als ze me roepen.
10. Bidden dat de sportwedstrijd wordt afgelast
Toen mijn zoon nog op voetbal zat, lag ik iedere zaterdagochtend in bed te bidden dat de wedstrijd werd afgelast.
11. Inconsequent zijn
Ik ben helemaal niet zo consequent als ik denk dat moet. Ik geef mijn pubers soms hun zin terwijl ik eerder nee zei. Of ik kook iets waarvan ik zeker weet dat ze het lekker vinden, gewoon omdat ik geen zin heb in gezeik. Ook omkooppraktijken zijn mij niet vreemd.
12. Geen geduld hebben
Ik heb geen geduld, dingen moeten snel. Ook bijvoorbeeld het opruimen van de troep door mijn pubers. Als het me te lang duurt, doe ik het maar zelf, ook al weet ik wel dat dat pedagogisch echt superdom is.
13. Kinderfeestjes skippen
Met 1 kind jarig in de zomervakantie en 1 tussen Sinterklaas en kerst, vieren we lang niet altijd hun verjaardag. Ik zeg gewoon dat het niet uitkomt, te koud is, of te warm en van uitstel komt nu eenmaal afstel.
14. Vloeken
Als mijn kinderen vloeken of een beetje grof zijn, vind ik dat niet zo erg. Als het niet keurig hoeft, praat ik zelf ook als een bouwvakker.
15. Niet opruimen
Stikstof crisis? Hier in huis is het stofstof crisis! Toen ik gisteren het bed van mijn zoon voor het eerst sinds weet ik hoelang van de kant aftrok, trof ik zoveel stofplukken aan, dat ik er makkelijk een tweepersoonsmatras mee kan vullen. Wees niet bang, dat heb ik niet gedaan. Er zijn grenzen.
Zo dat is eruit. Ik ben niet perfect, shoot me!