Vandaag is het Internationale Vrouwendag. Op deze dag wordt wereldwijd aandacht gevraagd voor thema’s als economische zelfstandigheid, seksueel geweld en discriminatie van vrouwen. In Nederland is er nog een hoop werk te doen.
Fijn, een dag die in het teken staat van gelijke rechten tussen mannen en vrouwen, toch? Je zou ook kunnen zeggen: schandalig dat het nog nodig is. Nederland staat er niet best voor als het om emancipatie gaat. Sterker nog als de emancipatie in dit tempo doorgaat, duurt het nog 72(!) jaar voordat er gendergelijkheid is bereikt in ons land. Dat betekent dat onze dochters en kleindochters hun hele leven moeten strijden voor gelijke rechten.
Bedroevend lijstje
Op womaninc.nl staat een bedroevend lijstje met de stand van zaken. Zo staat onder meer Nederland op de wereldwijde ranglijst voor gelijkheid tussen vrouwen en mannen op de 28e plaats, is 44 procent van de vrouwen in Nederland financieel afhankelijk van een partner of de overheid en gaat 4 op de 10 vrouwen minder werken bij de geboorte van een kind, terwijl maar 1 op de 10 mannen hetzelfde doet.
Als je dat lijstje leest valt er eigenlijk weinig te vieren vandaag. Ik schrik nog het meest van het feit dat bijna de helft van de vrouwen financieel afhankelijk is. Dat betekent dat als deze vrouwen er om wat voor reden dan ook alleen voor komen te staan, ze geen geld hebben om zich te kunnen onderhouden. Een van de dingen die ik belangrijk vind in de opvoeding van mijn dochter is dan ook dat ik haar leer dat ze economisch zelfstandig moet zijn.
Je eigen broek ophouden
Mijn oma was financieel afhankelijk van mijn opa. Tegen haar zin in. Toen zij zwanger was van haar oudste, dit is in de jaren veertig van de vorige eeuw, kon ze haar spullen pakken en thuis gaan zitten. Niet dat ze dat wilde, maar ze had geen keus. Moeders behoorden nu eenmaal thuis te zitten en niet op de werkvloer. Bovendien waren vrouwen in de tijd handelingsonbekwaam. Ze mochten niet werken, geen bankrekening openen of een huis kopen en niet zonder toestemming van hun man op reis. Dit is nog geen zeventig jaar geleden, pas op 14 juni 1956 werd de ‘Wet handelingsonbekwaamheid’ afgeschaft
Dat nam niet weg dat mijn oma haar drie dochters opvoedde met het idee: hoe je het ook doet, zorg in ieder geval dat je je eigen broek op kunt houden. En hoewel mijn moeder dat ter harte nam, had ze nog wel het een en ander uit te vechten met mijn vader, die op zijn beurt zei, toen mijn moeder zwanger was: ‘Jij blijft nu thuis’.
Dat laatste gebeurde overigens niet, mijn moeder keek wel beter uit, maar dat ging niet zonder slag of stoot. Ze heeft hoog moeten inzetten. Pas nadat ze dreigde om bij hem weg te gaan liet mijn vader haar schoorvoetend een aantal dagen werken. De grap is dat mijn vader niet al te veel later, eind jaren zeventig, op het hoogtepunt van die tweede emancipatiegolf, zichzelf op de borst klopte omdat hij die moderne man was waar om werd geschreeuwd. En eerlijk is eerlijk, hij is vanaf toen ook meer gaan meehelpen in huis en gunde mijn moeder meer werkuren.
Financieel zelfstandige dochters
Ik ben dus opgegroeid met een werkende moeder. Die op haar beurt mij op het hart drukte om van niemand afhankelijk te zijn. En dat ik mijn leven kon inrichten hoe ik wilde, maar dat ik gewoon mijn eigen hachje moest kunnen redden. Er ligt dus een belangrijke taak voor ouders. Leer je dochter dat het goed is om je eigen geld te verdienen. Leer je dochter om nooit afhankelijk van hun partner of de overheid te zijn. Leer je dochter het normaal is om de zorgtaken te verdelen. Leer je dochter dat gelijkheid alleen kan als je economische zelfstandig bent, want alleen dan kun je de beste keuzes voor jezelf maken.