Saskia had een bescheiden kerstprogramma samengesteld, maar alleen al bij de aankondiging ervan zetten haar pubers hun hakken in het zand. Want kerst is een feest van vrede en haar pubers hadden er vrede mee dat ze twee hele volle weken niks zouden gaan doen.
Ik had het woord kerst in de zin ‘ik zal even vertellen wat we met kerst gaan doen’ nog niet uitgesproken of mijn pubers begonnen te oogrollen en zuchten. Wat wé gaan doen met kerst? Welnu, zij gingen kerst vooral op hun eigen manier vieren: horizontaal op een bed of bank, met telefoon, laptop, controller, chips en roze koeken binnen handbereik. Niet onder de indruk van hun plannen legde ik uit dat het heus wel meeviel. En dat ik programmaonderdelen, zoals kerstboom versieren, koken en wandelen op het strand, al voor ze had geskipt. En dat ze aan dat wat er overbleef gewoon moesten deelnemen, want familie en samen zijn en zo.
Gereduceerd kerstprogramma
Met stoom uit hun oren staken ze een tirade af. Hoezo moesten ze een driedaags programma afleggen? Hoezo moesten ze mee met alles wat wij, hun ouders, zouden gaan doen? Hoezo werd er geen rekening met hen gehouden? Nogmaals, dat programma was niet eens zo heel gevuld – geloof me, ik had er nog heel wat aan toe kunnen en willen voegen omdat ik nu eenmaal een zwak heb voor kerst en dingen vieren. Maar ik had de boel al gereduceerd tot een bezoekje aan mijn broer, uit eten in een restaurant en met vrienden eten. Verdeeld over drie dagen vond ik dat best te doen.
Maar daar dachten mijn pubers anders over. Ze vonden het be-lach-e-lijk. Nu zijn mijn pubers wat betreft kerst en een verplicht programma best verwend. Want de meeste kerstvakanties waren wij met vrienden op vakantie om die kerstgekte te ontlopen en vierden we ergens op een berg of in een bos op onze eigen manier de feestdagen. Zij weten niet beter dan dat we kerst in een joggingbroek, spelletjes spelend en pannenkoeken etend doorbrachten. Maar dit jaar kwam het er niet van. En dus vieren we kerst nu lekker in eigen land. Met dat, redelijk minimalistische, programma.
Zwaar leven
Maar geen haar op hun hoofd die er aan dacht om mee te bewegen. Wist ik wel hoe zwaar ze het hadden gehad op school? En hoe zwaar hun leven überhaupt is? Nou dan. Dus geen zin, geen bezoekjes, geen etentje, geen kerst. Ik dreigde met ‘dan ook geen telefoon’, maar ze haalden hun schouders op. Ze konden die dagen horizontaal op hun bed of de bank ook gerust zonder telefoon doorbrengen. ‘En ook geen wifi’, gooide ik in de strijd, maar ook daarvan waren ze niet onder de indruk. Ze hadden bovendien genoeg data gespaard dus konden ze het ook wel een tijdje zonder wifi uitzingen, kopte ze terug. Lekker dan.
Ik vroeg me af hoe mijn ouders dat vroeger deden. Ik zal ongetwijfeld ook hebben geroepen: geen zin, geen gedoe, geen kerst. Maar toch kan ik me feestdagen herinneringen dat ik als puber gewoon met mijn ouders meeging. En bij mijn oma, of een tante en oom aan de kerstdis zat. We legden ook allerhande bezoekjes af aan vrienden van mijn ouders en ik vond het eigenlijk best gezellig allemaal. Ik kan me in ieder geval niet herinneren dat ik kniezend in een hoekje zat. Of dat er de hele avond werd gezegd: ‘echt een puber hè, met haar chagrijn.’
De Hans Klok opvoed truc
Ineens bedacht ik me dat mijn moeder de Hans Klok was van het wegtoveren van hoe ik het allemaal had bedacht. En dat deed ze niet dwingend, of sturend, maar gewoon door de aloude omgekeerde psychologie te gebruiken. Haar truc was alleen maar zeggen dat ik met kerst niks hoefde en zelf maar moest kijken wat ik wilde doen. Want ik kon dat best zelf bepalen, voegde ze er dan ook nog heel nonchalant aan toe. Nou ja, dat werkte als een malle. Want als zij vond dat ik thuis kon blijven, dan ging ik natuurlijk net zo lief mee. Ja, zo simpel is opvoeden soms.
Nog die avond zette ik mijn pubers aan de keukentafel. En dreunde de zinnen die mijn moeder zo vaak tegen mij had gezegd voor hen op. Met kerst waren ze on their own. Ze mochten gewoon thuisblijven. Er werden wenkbrauwen opgetrokken. Er klonk een ‘meen je dat?’ en ‘grapje zeker’, maar ik kon mijn pubers ervan overtuigen dat het wat ons betreft allemaal prima was. Ze waren oud en wijs genoeg om het zelf te bepalen.
Na een paar dagen kwamen de eerste vragen. Of ze toch nog meekonden? En uiteten leek ze eigenlijk ook wel leuk, kon dat ook nog? Ik knikte rustig, maar vanbinnen juichte de Hans Klok in me. De truc was gelukt. Ha.