Pubers hebben het nu best makkelijk. Nieuwe muziek, bustijden, hoeveel geld er op hun rekening staat en wat je moet doen bij liefdesverdriet; een druk op de knop en ze weten het. Wij moesten als puber veel meer moeite doen om iets te weten te komen.
- Het telefoonnummer van die ene leuke klasgenoot vonden we in het telefoonboek. Die lag thuis in het telefoonkastje, of vond je, half verscheurd, in een telefooncel.
- Het nieuwe album van Prince, Nena, Culture Club of Madonna luisterde je in de platenzaak. Daar mocht je met een koptelefoon op vijf minuten naar een elpee luisteren voordat je die kocht – wat je nooit deed, want daar had je geen geld voor.
- De songteksten vond je in de hoes van een elpee die je voor je verjaardag kreeg. Of je nam het liedje op met je cassetterecordertje en schreef de tekst zelf uit.
- Liefdesverdriet? Je las de Club van voor naar achter voor tips. Of luisterde op zondagmiddag naar Lieve Paul, van Paul de Leeuw, op de radio.
- Het nieuws las je in de krant. En ’s avonds zette je ouders ALTIJD het 8 uur journaal aan, dus pikte je daar ook het een en ander op.
- Als je de laatste roddels wilde weten moesten je wachten tot je naar de kapper ging en daar de Story en Privé kon lezen.
- Voor het weerbericht was je afhankelijk van wat de weerman na het 8 uur journaal voorspelde. Of je belde 003 voor het actuele weerbericht.
- Om te weten wat je vrienden deden moest je ze bellen. Met een telefoon die in de kamer stond waardoor iedereen je kon horen. En je vader of moeder na 30 seconden al riep dat bellen heel duur was en dat je moest ophangen.
- Wat ’s avonds op televisie kwam las je in de televisiegids.
- Hoe je moest ’tongen’, hoe je een bh met een hand kon losmaken, of wat een g-spot is, las je in de Viva van je zus. Of de zus van een vriend.
- Wat de laatste mode was las je in Yes of Fancy. Of je ging met een vriendin naar Mac & Maggie om daar tussen de rekken te struinen.
- Waar het feestje was? We hadden geen idee. We gingen op goed geluk naar de disco of kroeg.
- Als je je papieren agenda niet bij je had, had je geen idee welke afspraken je die dag had.
- En zonder die agenda wist je ook niet de telefoonnummers van sommige van je vrienden, want je kon maximaal tien van die lange nummers onthouden.
- En zonder die agenda had je ook geen idee wat je huiswerk was. En of je er een beetje goed voorstond.
- Hoeveel geld je precies op je rekening had wist je pas als de wekelijkse brief van de bank met afschrijvingen in de bus lag.
- Was je verdwaald? Dan zat er niks anders op dan iemand om de weg te vragen. En als je vervolgens weer verdwaalde, moest je het wéér vragen.
- Je moest goed bijhouden, of nog beter: opschrijven, wie je geld had geleend zodat het je ook wist aan wie je wat kon terugvragen.
- Hoe ver je had hardgelopen en hoe snel je dat had gedaan moest je maar een beetje inschatten. Of je telde je stappen en wist bij duizend dat je ongeveer een kilometer had gelopen.
- Een taxi bestellen kon alleen als je een kwartje had, zodat je in een telefooncel naar de taxicentrale kon bellen.
- Je hoopte dat je foto’s waren gelukt, maar zeker weten wist je dat pas als je het rolletje had weggebracht en een week later de foto’s kon ophalen. Met een beetje geluk waren er twee van de vierentwintig scherp.
- Als je naar de film wilde moest je wachten op de krant van donderdag waar de filmladder in stond.
- Wat artiesten in hun vrije tijd deden, wat hun lievelingseten was, wanneer ze kwamen optreden in Nederland, De Popfoto en Hitkrant waren je informatiebronnen.