De zeventienjarige zoon van Anne heeft een scooter. En daar, zo ontdekte ze, vormde zich een heel nieuwe biotoop. Want in de opbergruimte onder het zadel kunnen best heel veel spullen. Die er ook best heel lang in blijven liggen.
- Zwemkleren van de laatste keer dat hij ging zwemmen, afgelopen zomer.
- Een zakje waarin ooit brood zat, maar nu een bruin beschimmelde substantie.
- Drie opladers.
- Twee bankpasjes die hij lang geleden echt, echt, echt was verloren.
- Een geo-driehoek.
- Een onbekend t-shirt.
- Jouw nieuwe witte handdoek met olievlekken.
- Een sneaker die hij al héééél lang kwijt was, zo lang dat hij de andere van het paar heeft weggegooid.
- Tien euro aan kleingeld.
- Een plattegrond van Rome – een stad waar hij nog nooit is geweest.
- Een half lege fles cola zonder prik.
- Een, voor jou onbekende, haarborstel.
- Een pot gele haargel zonder deksel.
- Vier paar oortjes, allemaal kapot.
- Een halve hamburger verfrommeld in papiertje.
- Een Nederlands tekstboek waarvan hij dacht dat hij het in zijn kluis op school had laten liggen.
- Drie verschillende sokken.
- Een paspoort dat kwijt was – en waar je onlangs een nieuwe exemplaar van hebt aangeschaft.
- Drie bijna lege chipszakken.
- Drie meeneembakjes mayonaise, over de datum.
- Twee bekers uit jouw keuken.
- Vloei en een aansteker – van een vriend, natuurlijk.
- Vier telefoonhoesjes.
- Een verkruimeld ijshoorntje.
- Twee wiskundeschriften.
- Jouw bankpas die hij een keer had geleend.
- Een nooit gebruikte schoolagenda.