Kamperen was in onze jeugd een combinatie van gesleep met stokken en loodzwaar tentdoek. Maar als het spul eenmaal stond, dan kon de vakantie goed beginnen. Deze herken je vast nog wel.
Het standaard interieur van de caravan
Je kon pas slapen als de tafel was ingeklapt.
Je ouders hadden de hele week stress van het inpakken.
Het superhandige regenjack-in-tasje
Een tentje met twee stokken, dat gegarandeerd lekte
Een heerlijke bungalowtent waarvan je ouders altijd ruzie kregen bij het opzetten
Maar het zag er zo makkelijk uit.
Of jullie hadden zo’n superdeluxe Alpen Kreuzer
Maar je kon altijd nog naar het Sporthuis Centrum huisje