Niets kan zo onverbrekelijk zijn als de band tussen moeder en kind. Monique observeerde een moeder en zoon, terwijl ze met haar laptop in de McDonald’s zat, en raakte ontroerd. Ze schreef dit mooie stuk op haar eigen blog Moonoloog.
Ik weet het, je kent me niet. Maar dat maakt in dit geval niet uit. Misschien is het zelfs beter. Want had je me wel gekend dan had je je vast verplicht gevoeld een praatje te maken met mij en je zoon daarbij te betrekken. Had hij vast totaal geen zin in gehad. Nee, ik vond het wel mooi om jullie zo anoniem te kunnen observeren. Moeder en zoon, samen bij McDonald’s. Jij met koffie, hij met een beker frisdrank.
Concentratie
Ik zat er trouwens te werken, maar ik kon me niet zo goed concentreren. Dat had niet zozeer met jullie te maken, maar wel met twee scholieren links van mij die het eerst heel gezellig leken te hebben, maar net voor jullie binnenkwamen uit het niets ruzie met elkaar maakten. Vervolgens liep de jongen boos weg. Het meisje verdrietig achterlatend. Jullie maakten geen ruzie, maar heel gezellig was het ook niet. Jij die slokjes nam van de koffie. Hij die dronk uit zijn beker, maar verder vooral erg gefocust was op zijn mobiel. Misschien dat hij zijn vrienden aan het appen was dat hij mee moest met jou voor een boodschap, maar hoopte binnen een half uur thuis te zijn om te gaan ‘chillen’. Ik weet het natuurlijk niet, maar het is wat ik me zo voor kan stellen.
Jullie spraken nauwelijks, maar daar had je van wat ik ervan zag geen problemen mee. Jij kent je zoon natuurlijk beter dan wie ook en weet waarschijnlijk wel dat het geen zin heeft om over koetjes en kalfjes te beginnen als hij daar niet op zit te wachten. Aan de paar blikken die jullie wisselden zag ik wel dat jullie elkaar haarfijn aanvoelden. Zo hoefde geen van jullie beiden te zeggen ‘zullen we?’, maar stonden jullie min of meer gelijktijdig op om zwijgend de McDonald’s weer te verlaten.
Ooit klein geweest
In plaats van me weer op mijn werk te storten, bedacht ik me dat hij ook ooit klein geweest is. Hij steekt nu een kop boven zijn moeder uit, maar ooit heb jij hem kleertjes in de allerkleinste maat aangetrokken. Hem gewiegd tot hij eindelijk in slaap viel en getroost wanneer hij op zijn knietje was gevallen. Je houdt onvoorwaardelijk van hem. Dat deed je toen, maar dat doe je nu nog steeds. Misschien vind je het af en toe wat lastig als hij zoals vanmiddag kortaf of ongeïnteresseerd doet. Maar je weet dat het erbij hoort. Hij is een grote jongen en dit hoort allemaal bij het proces van losmaken om uiteindelijk op eigen benen te kunnen staan.
Ode aan alle moeders
Ik weet zelf eigenlijk niet precies waarom ik dit heb opgeschreven. Zie het als een soort ode aan jou, maar daarmee natuurlijk aan alle moeders. Want hoe vaak je ook het gevoel hebt dat je ‘maar wat doet’, je bent er wel voor je kind en dat doe je geweldig. Als hij klein is, maar ook gedurende alle volgende fasen van zijn leven. Dus koop je cola voor hem, voel je feilloos aan dat hij geen zin heeft om met je te praten en kijk je dus maar zwijgend naar hem. Je afvragend waar de jaren zijn gebleven en wanneer dat kleine hummeltje toch is uitgegroeid tot zo’n pracht van een puberzoon.