Met pubers in huis krijg je allerlei beproevingen zomaar cadeau, want een huis in constante chaos zorgt daar nu eenmaal voor. Het wordt gelukkig ook weer beter. Over een jaar of tien of zo.
1. De Ik Had Toch Net Nog Een Volle IJskast-beproeving
Een vervelende ziekte, met name als je zelf trek hebt en denkt een volle ijskast aan te treffen die dan na het openen leeg blijkt. Terwijl je toch echt heel zeker weet dat-ie een half uur geleden nog tjokvol was. Dat was voor die troep hongerige puberwolven binnen kwam stormen.
Symptomen: Hongerig gevoel, onrust, verwardheid, neiging tot zoeken in andere kasten.
Wat kun je er tegen doen: Zorg dat je een geheime stash hebt, buiten het bereik van pubers. Goede verstopplekken zijn: tussen jouw onderbroeken of in hun kledingkast, plekken waar ze zeg maar nooit komen.
2. De Wasmand Is Continu Vol-beproeving
Je wast, en wast, en wast, en wast en die mand blijft vol. Du moment je je omdraait, ligt er alweer een nieuw lading wasgoed in. Een bodemloze put is er niks bij. En er ligt opvallend veel puberkleding in de was.
Symptomen: Onrustig gevoel, hartkloppingen, zweetaanvallen, rugklachten, neiging tot inslaan van grote hoeveelheden wasmiddel.
Wat kun je er tegen doen: In sommige gevallen helpt de aanschaf van een extra wasmachine, in de meeste gevallen helpt wasgoed sorteren, op het bed van je pubers gooien en tussen neus en lippen meedelen dat ze het maar zelf moeten doen.
3. De Alle Elektrische Apparaten Staan Nog Aan-beproeving
Tostiapparaat, televisie, krultang, föhn, tandenborstel en alles waar een stekker aan zit, worden op een of andere manier na gebruik nooit uitgedaan. Waardoor het in huis continue zoemt en het altijd naar ‘iets aangebrands’ ruikt. In veel gevallen komt het licht daar ook nog bij. Gaat ook nooit uit. Alsof er een leger spoken door het huis trekt dat alles aanzet, maar nooit de moeite neemt om het weer uit te doen.
Symptomen: Paniekerig gevoel, zweetaanvallen, pieptoon in oor, neiging tot herhaaldelijk alle apparaten controleren.
Wat kun je er tegen doen: Stickers met daarop geschreven ‘na gebruik uitzetten’ op desbetreffende apparaten kan helpen, de hoofdschakelaar in de meterkast omgooien werkt beter.
4. De Gang Ligt Altijd Vol Met Troep Die Niet Van Mij Is-beproeving
Op welke moment van de dag je ook in de gang komt er liggen altijd schoenen, tassen, jassen, sportspullen, helmen, boeken, en altijd midden in de gang, nooit aan de kant geschoven of in een hoekje van de trap. En dat terwijl jij toch echt alles steeds aan de kant schuift en die pubertovenaars als ware magiërs ongezien van die gang toch weer een bende maken. En ook steevast roepen ze als je ze tot opruimen maant: ‘Het is niet van mij’.
Symptomen: Angstaanvallen, onrustig gevoel, kan boosheid en agressie oproepen, neiging tot alles in een vuilniszak willen proppen en weggooien.
Wat kun je ertegen doen: Een lesje hink-stap-springen om zonder blessures door de gang te lopen. De neiging tot weg willen gooien uitvoeren, is bijzonder effectief gebleken.
5. De Jij Bent Toch De Taxichauffeur-beproeving
Meerdere keren per dag komt ongevraagd toch de vraag: ‘kun je me even wegbrengen?’. Met allerhande excuses waarom die pubers niet zelfstandig van A naar B kunnen komen. Want ze moeten naar school/sportwedstrijd/vriend/oppas/baantje, allemaal dingen die HEEL belangrijk zijn. En als ze er niet binnen vijf minuten zijn is hun leven, zeg maar, behoorlijk verpest.
Symptomen: Hyperventilatie, gevoel van onbehagen, innerlijke verantwoordelijkheidsgevoelstrijd, neiging tot die taxichauffeurspet toch op te zetten.
Wat kun je er tegen doen: In de meeste gevallen helpt een voorraadje buskaarten en anders kan er geoefend worden in het masteren van de zin: ‘Pak de fiets.’ Om er helemaal vanaf te komen moet de autosleutel achter slot en grendel worden geplaatst.
6. De Overal Liggen Natte Handdoeken-beproeving
Ongelofelijk, waar je in huis ook komt, badkamer, toilet, schuur, overloop, gangkast, o-ver-al liggen drijfnatte handdoeken. En niet één, maar tig. Je hebt wel een vermoeden van wie ze zijn, want die handdoeken duiken steeds op ná een douchesessie van je puber. Maar hard maken is lastig, want op een of andere manier zijn die pubers met de noorderzon vertrokken als je die handdoeken vindt en blijft het stil als je roept dat ze opgeruimd moeten worden.
Symptomen: Gevoel van spanning, onrust, boosheid. Kan emoties als huilen of ergernis oproepen. Neiging tot dan maar zelf alles opruimen. Of instorten.
Wat kun je er tegen doen: Soms helpt overal wasmanden neerzetten, maar of je daarmee zelf geholpen bent? Beter is om alles te laten liggen totdat je iemand vanuit de doucht hoort gillen: ‘Er zijn geen droge handdoeken meer’. Dat is het moment om te onderhandelen!
7. De Ik Ben Alles Kwijt En Dat Is Jouw Schuld-beproeving
Zonder dat je het weet ben jij blijkbaar degene die alles in huis wegmaakt. Sleutels, pinpasjes, gymkleren, rekenmachines, opladers, maar ook laptops en fietsen; je pubers weten niet meer waar ze zijn, omdat jij ze ergens anders hebt neergelegd. Ook al het je dat niet gedaan.
Symptomen: Geagiteerd, gejaagd gevoel, hartkloppingen. Neiging tot mee willen zoeken.
Wat kun je er tegen doen: Jezelf dit mantra aanleren: ‘Het is een fase, het is een fase, het is een fase’.
8. De De Keuken Is Altijd Een Troep-beproeving
Jij ruimt netjes alles op, twee tellen later lijkt het alsof er in de keuken een verjaardagsfeestje is gevierd door een familie bavianen. Niks staat meer in de kasten, het aanrecht ligt vol met etenswaren en vies bestek. Je ziet nog een schim wegschieten, naar boven. En het brood dat je net had gekocht is op.
Symptomen: Angst, nervositeit, en een gevoel van wanhoop. Neiging tot de hele tijd over je schouder kijken en sloten op alle kasten willen doen
Wat kun je er tegen doen: Een groot glas wijn inschenken en daarna nog één, en nog één!